Ellen de Kreij (Apax Partners): 'Investeerders zijn aanjagers van verduurzaming'

Ellen de Kreij (Apax Partners): 'Investeerders zijn aanjagers van verduurzaming'
Investeerders spelen een grote rol bij de transformatie van vervuilende bedrijven naar schone, net zero-organisaties, daarvan is lead advisor ESG van private equity-investeerder Apax Partners Ellen de Kreij overtuigd. ‘Investeerders worden aanjagers van het bedrijfsleven om bij te dragen aan de klimaatdoelstellingen. Binnen de sector leeft het vertrouwen dat we dit met elkaar kunnen doen.’

Tijdens etentjes en op verjaardagen vraagt ze regelmatig wat haar vrienden doen aan duurzaamheid. Of ze al zonnepanelen op het dak hebben, of ze misschien minder vlees zijn gaan eten. Bij generatiegenoten leidt dit soms tot vragende blikken, maar haar kinderen zijn inmiddels minstens zo bevlogen. Haar drie dochters sturen drankjes terug als er plastic rietjes in zitten en kopen geen nieuwe kleding meer. De oudste doet geregeld mee aan een milieudemonstratie. Zelf houdt ze de voetafdruk van haar gezin bij en compenseert die netjes. Als lead advisor ESG van private equity-investeerder Apax Partners bijt Ellen de Kreij zich al een decennium vast in duurzaamheid. Niet alleen in haar werk, ook in haar privéleven wil De Kreij mensen inspireren om duurzamere keuzes te maken. Ze vindt het belangrijk bewustwording te creëren door een duurzamere samenleving bespreekbaar te maken. ‘Begin met kleine stapjes. Als je eenmaal begint, volgen vanzelf nieuwe inzichten’, is haar devies. 

‘Duurzaamheid is als een reis’, zegt ze meer dan eens tijdens het gesprek met Tjarda Molenaar, directeur van de Nederlandse Vereniging van Participatiemaatschappijen (NVP). Daarmee doelt De Kreij op bedrijven waarin onder andere Apax investeert, maar ook op de internationale private equity- sector. De ESG-lead advisor bij Apax constateert dat er binnen de wereld van het kapitaal momenteel grote stappen worden gezet op het gebied van klimaat. ‘Dat is een ontzettend interessante en belangrijke ontwikkeling’, aldus De Kreij. ‘Investeerders gaan de komende tijd een grote rol spelen bij de transformatie van vervuilende bedrijven naar schone, net zero-organisaties. Zo zullen zij de aanjagers van het bedrijfsleven zijn om bij te dragen aan de klimaatdoelstellingen van Parijs. Binnen de sector leeft het vertrouwen dat we dit met elkaar kunnen doen.’

Apax was relatief vroeg met het omarmen van duurzaamheid. Waarom?
‘In 2009 ondertekende Apax de private equity-richtlijnen voor responsible investment, die Apax samen met andere Britse en Amerikaanse participatiemaatschappijen had opgesteld. Twee jaar later sloten we ons aan bij de Principles for Responsible Investment (PRI), een internationaal netwerk van investeerders en beleggers dat met steun van de Verenigde Naties verantwoord investeren bevordert. We vonden het niet alleen belangrijk dat onze investeringen financieel rendement genereerden, we wilden – in lijn met onze Apax-values – ook dat het investeren op een verantwoorde manier gebeurt. Oorspronkelijk lag de aandacht nog vooral op risicomijdend investeren, dus op het behoud van waarde. In Europa, vooral in de Scandinavische landen, raakte deze nieuwe manier van investeren al vroeg ingeburgerd. Voor beleggers buiten Europa was het soms wennen. We kregen in die begintijd nog weleens kritische vragen over onze rapportages – waar we mee bezig waren. Nu komt dat niet meer voor.
In 2011 bezocht onze toenmalige ceo, Martin Halusa, het World Economic Forum waar duurzaamheid een belangrijk thema was. Hij kwam bevlogen terug en werd de evangelist binnen ons bedrijf. Het inzicht groeide dat je met ESG-activiteiten die gericht zijn op waardecreatie een duurzamer en dus ook beter bedrijf bouwt. En dat dat uiteindelijk zal leiden tot een hogere waarde van het bedrijf wanneer het wordt verkocht. De missie van waardecreatie werd vertaald in een ESG-programma dat in 2015 werd ondergebracht bij ons operational excellence team. In ons geval is dit team daarvoor de meest logische plek: deze collega’s ondersteunen de portfoliobedrijven bij hun bedrijfsvoering en brengen duurzaamheid daardoor ook echt in de praktijk. Maar vaak ligt het thema ESG bij de afdeling communicatie, investor relations of compliance. Omdat duurzaamheid zoveel verschillende raakvlakken heeft, kan het op veel plekken in de organisatie thuis zijn. Het is vooral belangrijk dat duurzaamheid vanaf de top omarmd wordt.’

U kijkt terug op een decennium van ESG. Welke ontwikkeling hebt u gezien?
‘Tien jaar geleden was nog niet helder wat responsible investing inhield. De investeerders die vooropliepen, waaronder Apax, hadden elk hun eigen interpretatie. Er was nog geen duidelijke standaard. Daar is de afgelopen jaren veel verandering in gekomen. Apax en andere koplopers zijn in de Private Equity Advisory Committee (PEAC) van de PRI aan de slag gegaan met het standaardiseren van rapportages op duurzaamheid. Deze standaarden zijn gedeeld op het PRI-platform – de community van investeerders die ESG willen bevorderen, onderling kennis uitwisselen en samen instrumenten ontwikkelen.
Op dit platform werd ook een ESG-due diligence toolkit ontwikkeld. Deze wordt inmiddels door veel partijen binnen de private equity-sector gebruikt. Niet alleen door investeerders, ook door beleggingsfondsen. Door de inspanningen van de koplopers wordt steeds duidelijker hoe een hoge standaard van maatschappelijk verantwoord investeren eruitziet. Wat wordt er van een investeerder verwacht als je al advanced bent en wat als je net begint. Het is duidelijk dat investeerders er niet langer mee wegkomen om geen ESG-beleid te hebben en niets te doen.’

Hoe draagt Apax bij aan het verduurzamen van portfoliobedrijven?
‘Allereerst kijken we via due diligence hoe een bedrijf presteert op duurzaamheid. De dealmakers kijken goed naar het belang van diverse kpi’s op duurzaamheid. Waar zijn de grootste slagen te maken? Het is een misvatting dat wij als private equity-huis de mouwen opstropen en de lampen komen uitdraaien. Dat doen we niet. We gaan met het management van onze portfoliobedrijven in gesprek over de vraag hoe de bedrijfsvoering is, net zoals we ook in gesprek gaan over de financiële resultaten. Als het een retailer is, kijken we naar de supply chain: zijn misstanden als kinderarbeid uitgesloten, voert het bedrijf daar ook audits op uit? Wij gaan geen programma’s ontwikkelen, dat doen de bedrijven zelf.’

Stelt Apax aan het begin van een samenwerking naast financiële doelen ook duurzaamheidsdoelstellingen?
‘Het vooraf vaststellen van duurzaamheidsdoelen is meer het terrein van impactfondsen. Wij doen dat niet zo specifiek, maar sinds 2012 leggen we portfoliobedrijven wel jaarlijks een uitgebreide set vragen voor over hoe zij omgaan met ESG. We krijgen daarmee een goed beeld van de footprint en rapporteren dit terug aan het bedrijf en aan de investeerders. ESG komt daarmee op de bestuursagenda. Wij gaan met het management in dialoog hoe zij hun ESG-beleid uitvoeren. Een Amerikaans retailbedrijf had bijvoorbeeld nooit eerder stilgestaan bij hun energieverbruik. Na onze terugkoppeling werd een werkgroep gevormd om met energieleveranciers te onderhandelen over betere tarieven. Daarna gingen de gesprekken over hoe ze het energieverbruik zouden kunnen verminderen. Het begint met kleine stapjes – door lampen ’s avonds automatisch te laten doven en de airco niet nodeloos te laten draaien – maar elk bedrijf kan een reis richting duurzaamheid maken.’

Als investeerder de dialoog aangaan over duurzaamheid, helpt dat wel?
‘We zijn geen investeerder die zegt: gij zult niet dit of gij zult niet dat doen. Wat we wél doen, is portfoliobedrijven onderling vergelijken. We beschikken over heel veel data op verschillende thema’s. Zo zijn we sinds 2015 erg actief op het gebied van diversiteit en inclusie. Niet alleen binnen Apax, ook binnen portfoliobedrijven willen we meer divers samengestelde teams. Met informatie over de verhouding tussen mannen en vrouwen op verschillende niveaus of over gelijkwaardige beloning creëren we bewustzijn. Zeker als je bedrijven kunt benchmarken met andere bedrijven binnen de portfolio, moedigt dat bestuurders aan iets meer te doen als ze achterblijven.’

Hoe gaat de investeringswereld om met het thema klimaat?
‘Er zijn grootse ontwikkelingen gaande. De focus in de private equity-sector ligt nu heel sterk op klimaat. Zo is er een breed besef dat het thema grondig moet worden aangepakt, zowel bij de private equity-huizen als bij de kapitaalverschaffers. De materie is echter complex, er is nog veel onduidelijk. Zeer interessant is daarom het initiative Climat International (iCI), waarmee de sector op collaboratieve wijze stappen wil zetten. Meer dan 120 internationale private equity-huizen, waaronder Apax, ondertekenden het initiatief. Bijna wekelijks buigen werkgroepen zich over de vraag hoe investeerders invulling kunnen geven aan de doelstellingen van het Parijse klimaatakkoord, vaak met input van internationale adviseurs zoals ERM, PwC, EY, KPMG en Anthesis. Het is de bedoeling om als sector snel overeenstemming te bereiken over de juiste methodieken en deze snel te implementeren.
Apax ontwikkelde inmiddels een programma met PwC. Daarmee zullen alle portfoliobedrijven van onze laatste twee fondsen de komende 12 maanden worden “gefootprint”, ofwel er zal volgens strenge methodieken worden bepaald wat de CO2-uitstoot is van deze bedrijven. Vervolgens wordt een strategisch plan gemaakt hoe bedrijven de CO2-uitstoot kunnen verminderen; waar en hoe zijn de grootste slagen te maken? In eerste instantie zal carbon offsetting een optie zijn. Het teveel aan CO2-uitstoot kan zo door bedrijven worden gecompenseerd door te investeren in duurzame bosprojecten – het aanplanten van bomen – of technieken waarmee CO2 uit de lucht wordt gehaald. Gaandeweg moet een bedrijf echter veranderen van een CO2-neutrale organisatie naar CO2-zero organisatie waarbij het bedrijf bijna geen broeikasgassen meer produceert, alleen nog het onvermijdbare. Op het klimaatthema zal de druk vanuit investeerders steeds minder vrijblijvend zijn. Voor alle bedrijven geldt dat een derde partij, bijvoorbeeld een accountantskantoor, de gemaakte reducties zal moeten certificeren. Het initiatief om serieus aan de slag te gaan met klimaat is binnen de private equity-industrie enthousiast ontvangen, elke week ondertekenen nieuwe private equity-investeerders het Climat International-initiatief. Ook dit wordt een hele reis, maar nu er gezamenlijk hard wordt gewerkt aan een stappenplan, inclusief methodieken, leeft het vertrouwen dat we dit met elkaar kunnen doen.’

U bent ook actief binnen het Nederlandse chapter van Level20, dat als doel heeft om vrouwelijk talent binnen private equity en venture capital naar de top te krijgen. Hoe bereikt u dat?
‘Level20 is in 2015 opgericht in Engeland door een groep vrouwen op senior posities bij voornamelijk beleggingsmaatschappijen. De groep had als doel om private equity-huizen wakker te schudden omdat ze nauwelijks vrouwen binnen hun muren hadden, laat staan op senior posities. Het streven was om 20 procent vrouwen op seniorposities te hebben in 2020. Allereerst door meer vrouwen te werven en ze vervolgens ook te behouden. Ook is het belangrijk meer bewustzijn te creëren dat private equity zeer geschikt is voor vrouwen.
De founding partners van Level20 bereikten al snel resultaat: binnen Apax steeg het aantal vrouwen op junior posities binnen 18 maanden van 11 procent naar 27 procent. Inmiddels stromen deze collega’s binnen onze organisatie door naar hogere posities. Level20 is in 2018 ook in Nederland actief geworden, aangezien hier zeer weinig vrouwen in de private equity-sector werken als investeringsprofessional: 13 procent. Ikzelf houd me bezig met het promoten van private equity op universiteiten. Veel studenten denken dat het vak vooral heel analytisch en financieel is. Maar het is veel meer: de ideale kandidaat is daarnaast ook communicatief sterk, empathisch, heeft strategisch inzicht en kan managers inspireren. Dat zijn precies de vaardigheden waar vrouwen in uitblinken. Binnen onze portfoliobedrijven zie ik steeds meer vrouwelijke ceo’s. Voor hen is het wel zo prettig als ze binnen de kapitaalwereld ook eens een vrouw als gesprekspartner hebben.’

Gaat de jongere generatie in private equity anders te werk?
‘Wat ik ervaar bij de jongeren die bij ons zijn binnengekomen, is dat ze erg gemotiveerd zijn iets te willen doen voor het klimaat. Ze mailen mij geregeld met de vraag: hoe kunnen we helpen? Ze vinden het prima om met de trein te reizen, of economy per vliegtuig. Er is dus van onderaf in de organisatie een intrinsieke motivatie aan het groeien van mensen die naast hun functie een bijdrage willen leveren. Dat heb ik niet eerder zo meegemaakt en vind ik heel mooi. Ik verwacht dat als deze collega’s uit hun juniorrol zijn gegroeid, zij de nieuwe evangelisten zullen zijn voor bedrijven die nog niet zover zijn. En dat is hard nodig. There is no other way.’ 

Dit interview is gepubliceerd in Management Scope 10 2021.

Dit artikel is voor het laatst aangepast op 08-11-2021

facebook