‘Private equity kan een rol spelen bij het oplossen van maatschappelijke problemen’

‘Private equity kan een rol spelen bij het oplossen van maatschappelijke problemen’
Twee jaar geleden nam private equity-fonds Seven2 Mental Care Group over. Martin de Heer, chief commercial officer van Mental Care Group, en Onno Sloterdijk, senior adviseur van Seven2, zetten uiteen waarom private equity de jeugdzorg kan helpen beter te functioneren. ‘We krijgen ruimte om te investeren in kwaliteit.’

De jeugdzorg in Nederland is sinds 2015 gedecentraliseerd van Rijksoverheid naar gemeenten. Gelijktijdig is marktwerking ingevoerd. Die veranderingen zijn niet probleemloos verlopen. Met name kleinere gemeenten slaagden er niet in de extra taken goed uit te voeren. Daarnaast is de vraag naar lichtere zorg enorm gegroeid. Oorzaken zijn onder meer toegenomen problematiek en meerdere partijen die mogen verwijzen. Gevolgen: wachtlijsten en falende zorgtrajecten. Kortom: de jeugdzorg staat onder druk en ligt onder een vergrootglas. De komst van investeerders met een eigen aanpak ligt dan ook gevoelig. Wat kunnen zij toevoegen aan het zorglandschap?
Martin de Heer is een van de oprichters van Mental Care Group, een landelijk opererende aanbieder in de geestelijke gezondheidszorg (GGZ) die voornamelijk actief is in de Randstad voor kinderen en jeugdigen, maar ook volwassenen en ouderen, met zo’n 2.000 professionals in dienst. In 2013 stapte NPM Capital in, twee jaar geleden nam private equity-fonds Seven2 de groep over. In een gesprek met Marc van Voorst tot Voorst, plaatsvervangend directeur van de Nederlandse Vereniging van Participatiemaatschappijen, vertelt De Heer over de samenwerking met Onno Sloterdijk, senior advisor bij Seven2.

Wat dreef u om ondernemer in de GGZ te worden?
De Heer: ‘Na een tijd gewerkt te hebben in een grote GGZ-instelling wilden wij het anders doen: kortere lijnen, meer klantgericht en bedrijfsmatig. Het opzetten en uitbouwen van nieuwe praktijken in een landelijke keten heeft bijgedragen aan de toegankelijkheid van kwalitatief goede zorg in Nederland.’

Kinderen die bij u aankloppen voor zorg, bevinden zich in een kwetsbare positie. Hoe zorgt u ervoor dat ze de beste zorg krijgen?
De Heer: ‘We bekijken allereerst of wij degenen zijn die het beste kunnen helpen. Soms kunnen cliënten beter door een andere professional worden geholpen. Daarna volgen intake en diagnosestelling en een goed afgewogen behandelplan. We werken altijd evidence-based: we maken gebruik van de beste behandelmethoden waarvan de effectiviteit wetenschappelijk is aangetoond. We meten bovendien voorafgaand, tijdens en na de behandeling om te zien of we op de goede weg zitten.
Tegelijkertijd zijn wij een aanbieder die kostenbewust werkt. We gaan dus niet eindeloos lang door, maar stoppen op tijd, zodat onze professionals de volgende cliënt van de wachtlijst in behandeling kunnen nemen. Onze behandelingen zijn niet alleen gericht op vermindering van klachten, maar ook op verbeteringen in het functioneren van het kind: gaat het weer naar school, doet het mee aan sport, hoe gaat het thuis?’

In Nederland wordt de jeugdzorg gefinancierd en aanbesteed door gemeenten. Hoe verloopt dit proces?
De Heer: ‘Wij sluiten contracten met gemeenten op basis van aanbesteding, waarbij de gemeente de prijs en het volume bepaalt. We werken met veel partijen uit de keten samen, zoals Centra voor Jeugd en Gezin, wijkteams, gezinsbegeleiding en crisisopvang. Verwijzingen gaan via de wijkteams, Centra voor Jeugd en Gezin of via de huisarts. In Den Haag is gekozen voor volledige uitbesteding, waarbij meerdere partijen samenwerken binnen een consortium van aanbieders, die gezamenlijk verantwoordelijk zijn voor de hulp aan gezinnen in een bepaald deel van de stad. Dit is een nieuwe werkwijze, waar in heel Nederland naar gekeken wordt.’

Wat is uw visie op de toekomst van de jeugdzorg?
De Heer: ‘Het werkgebied van de jeugdzorg is tegenwoordig breder dan alleen het behandelen van psychische aandoeningen, maar gaat ook over opvoedingsproblematiek. Nederland heeft sowieso een van de meest brede paletten aan hulpverlening gericht op de jeugd, alleen de Scandinavische landen komen in de buurt. De vraag is in hoeverre het model dat we nu in Nederland hebben duurzaam is. Kunnen we het blijven betalen om alle kinderen met problemen van zorg te voorzien? De beschikbare capaciteit is beperkt en je zou die moeten inzetten daar waar de hulp het hardst nodig is – dus bij kinderen met zwaardere problematiek. Ik vind dat we daar kritisch naar moeten kijken en meer op preventie kunnen inzetten. Wat kunnen we bijvoorbeeld rondom scholen organiseren? Wat is er samen met leerkrachten en ouders te bereiken op het vlak van omgaan met moeilijk gedrag? We moeten niet alle kinderen met problemen het hulpverleningstraject intrekken. Er ligt een taak voor ons om gemeenten te helpen met het vinden van nieuwe oplossingen.’
Sloterdijk: ‘Het gaat niet alleen om de jeugdzorg, maar ook de GGZ-zorg voor volwassenen, de totale GGZ-zorgvraag; die is in de coronaperiode bijna verdubbeld van anderhalf miljoen naar drie miljoen hulpvragen – op 17 miljoen inwoners. De jeugd in het bijzonder heeft het zwaar gehad in de coronatijd, met meer zorgaanvragen als gevolg.’
De Heer: ‘Mentale problemen zijn toegenomen, maar een deel van de oplossing zit in preventie. We zullen kinderen moeten leren om met tegenslagen om te gaan. Concentratieproblemen komen steeds vaker voor, dat heeft bijvoorbeeld veel te maken met een tekort aan slaap en te veel beeldschermtijd. Zowel de zorgverzekeraars en gemeenten als de aanwezigheid van Seven2 helpen bij het ophogen van onze capaciteit.’

Seven2 is aandeelhouder in Mental Care Group. Waarom heeft Seven2 daartoe besloten?
Sloterdijk: ‘Seven2 is sinds 1972 actief in vier sectoren: tech en telecom, consumer, healthcare en services. Die focus zorgt voor domeinkennis, ook van niches die we hebben gedefinieerd, zodat we een goede sparringpartner zijn en succesvol in het professionaliseren en laten groeien van ondernemingen. Het management neemt de beslissingen en leidt de onderneming, maar goede discussies helpen hierbij. De GGZ is een onderdeel van ons portfolio. We hebben een kapitaal van 2 miljard te verdelen over ongeveer tien deelnemingen. Onderdeel hiervan zijn de stappen die we hebben gezet met Mental Care Group en de overname van HSK (een landelijk opererende organisatie voor psychische zorg gespecialiseerd in werknemerszorg, red.). Toen we instapten, lagen er binnen Mental Care Group al verschillende intentieovereenkomsten klaar voor een handvol kleinere overnames. Wat we daarna hebben gedaan, is het aanbieden van alle diensten over meerdere plaatsen, die daar voorheen niet beschikbaar waren.
De overname van HSK door Mental Care Group was meer transformatief van karakter, met een flinke uitbreiding van het dienstenpakket met bedrijfszorg. HSK is werkzaam in de GGZ, maar een belangrijke aanvulling is dat ze in de corporate markt actief zijn met werkgerelateerde zorg. Ook zijn ze sterk in het opleiden van zorgprofessionals. Ze hebben dezelfde evidence-based benadering, medeoprichter Kees Hoogduin is een vooraanstaand emeritus hoogleraar psychopathologie.’
De Heer: ‘Sinds Seven2 aan boord is, hebben we flink kunnen investeren in bedrijfszorg met het label Vitalmindz. Met name de activiteiten op het vlak van preventie – denk aan trainingen gericht op stressmanagement en het voorkomen van burn-out – zijn verdrievoudigd dankzij de investeringen. Dit zijn diensten die werkgevers of universiteiten afnemen.’

Hoe werkt u onderling samen?
De Heer: ‘Die samenwerking verloopt goed. Er is een aparte projectgroep samen met Seven2 die zich bezighoudt met innoveren en investeren in digitalisering, het gebruik van data en duurzaamheid. En natuurlijk rapporteren we over de bedrijfsresultaten.’
Sloterdijk: ‘Onze samenwerking is twee jaar geleden gestart, midden in de coronaperiode. Ruim een jaar geleden heeft Mental Care Group ook de activiteiten van HSK overgenomen nadat er lang was gepraat over samenwerken. Daarnaast is er gewerkt aan het overnemen van zorgaanbieders om de dekking over het land te verbeteren. Voor kleinere spelers die zijn overgenomen en zijn opgegaan in een groter geheel is dat niet altijd even gemakkelijk; zo’n integratie zorgt voor onzekerheid en vraagt dus veel aandacht. Maar we willen juist bereiken dat we een aantrekkelijke werkgever zijn, omdat we de beste willen zijn op alle vlakken – denk bijvoorbeeld aan de kwaliteit van online behandelen. Overnames worden overigens altijd voorgelegd aan de Nederlandse Zorgautoriteit.’
De Heer: ‘Voor GGZ-professionals is het tegenwoordig erg eenvoudig om van werkgever te veranderen, dat is een risico bij overnames gebleken. De integratie met HSK verloopt in die zin goed, daar is geen sprake van meer verloop, maar juist van samenwerking. Zo werden de krachten van de online teams van Mentaal Beter en HSK gebundeld. De 35 professionals werken volledig online, dus niet vanuit een vestiging. Uit onderzoek onder 100 cliënten blijkt dat er geen verschil is tussen volledig online en volledig face to face behandelen: de behandeltijd, het behandelresultaat en de klanttevredenheid waren gelijk. Sommige medewerkers en cliënten geven de voorkeur aan een face to face-start, er is nu allerlei flexibiliteit mogelijk. Dat betekent dat je een betere spreiding van je dienstverlening kunt realiseren.’

Investeren in maatschappelijke sectoren ligt gevoelig. Hoe gaat u als investeerder om met de verantwoordelijkheid die hierbij hoort?
Sloterdijk: ‘We helpen de onderneming om beter te worden. Het gaat daarbij niet alleen maar om aandeelhouderswaarde. Wat ons betreft moeten alle waarden kloppen, dus óók de maatschappelijke waarde en groei. Voor ons is het groeipotentieel wel essentieel.’
De Heer: ‘Seven2 heeft met name de aandacht voor duurzaamheid binnen onze organisatie geïntensiveerd, zo zijn we met ons serverpark overgestapt naar groene stroom.’
Sloterdijk: ‘De pensioenfondsen die ons het kapitaal verschaffen, stellen ook voorwaarden als het gaat om ESG-doelen. Duurzaamheid staat bij ons hoog op de agenda en wij dragen deze boodschap graag uit richting onze portfoliobedrijven.’

Criticasters vinden dat er binnen de jeugdhulpverlening geen plek is voor instellingen die op winst uit zijn.
De Heer: ‘Ik vind dat er in die discussie meer gekeken moet worden naar het bedrijfsmatig organiseren van de zorg, waarbij op een zo goed mogelijke manier met kosten en tijd wordt omgegaan. Dat missen we vaak bij niet-bedrijfsmatig georganiseerde aanbieders en dat leidt tot eindeloze behandeltrajecten en lange wachttijden. Mijn ervaring is dat private equity hierbij een rol kan spelen. Deze partijen geven ruimte om te investeren in kwaliteit, in digitalisering, in de ontwikkeling van professionals en in een duurzame bedrijfsvoering.
Om in beeld te komen bij private equity moet je wel je data en systemen op orde hebben, anders ben je niet in control en heeft een investeerder geen interesse. Daarnaast: een bedrijf functioneert alleen goed wanneer professionals er graag willen werken. Private equity heeft ons bijvoorbeeld geholpen om onze HR-processen beter in te richten en verder te professionaliseren.’

Ook onderdeel van een oplaaiende maatschappelijke discussie: commerciële aanbieders zouden zich te veel richten op de lichte hulpvragen. Ze zouden de minder winstgevende, complexe zorg overlaten aan de reguliere GGZ-instellingen.
De Heer: ‘Platform voor onderzoeksjournalistiek FTM en NRC hebben daar destijds onderzoek naar gedaan. We hebben toen uitgelegd dat wij in een keten opereren waarbinnen we focussen op planbare zorg, net zoals zelfstandige medische behandelcentra dat doen met bijvoorbeeld dermatologie en knie- of heupoperaties. Crisishulp zit niet in ons aanbod, maar we nemen wel degelijk zware hulpvragen aan.
Aan de andere kant vragen gemeenten aan zorgaanbieders zoals wij om een stap naar voren te zetten, juist om te voorkomen dat bepaalde hulpvragen uitmonden in ernstige problemen. Ofwel: wees er eerder bij en behandel in een kortere tijd.’

Private equity is vaak een passant: na een aantal jaar wordt een investering weer verkocht. In hoeverre is Seven2 betrokken bij het vinden van een koper die ook maatschappelijk betrokken is?
Sloterdijk: ‘Wij zijn vanaf het begin van de participatie al actief betrokken. Daarnaast gaan we op zoek naar een aandeelhouder die het meest geschikt is voor de volgende fase van de onderneming. Daarbij proberen we natuurlijk de verder opgebouwde legacy door te geven.’

Bij private equity in de kinderopvang, zo blijkt uit onderzoek, wordt meestal niet aan winstuitkeringen gedaan. Het verdienmodel zit in de verkoop.
Sloterdijk: ‘Dat werkt bij ons ook zo. De winst zit in de exit.’
De Heer: ‘Voor mij als bestuurder is het essentieel dat ik weet dat er niet jaarlijks geld uit de onderneming wordt getrokken. Het is overigens een vooroordeel dat private equity dat steevast doet.’
Sloterdijk: ‘Het aantal faillissementen is lager bij ondernemingen waar private equity aan boord is, en de groei bij deze groep gaat sneller dan bij beursgenoteerde ondernemingen en familiebedrijven.’

Hoe ziet de toekomst van Mental Care Group eruit?
De Heer: ‘Onze dienstverlening in Nederland verder uitbouwen en de spreiding van praktijken verder verbeteren. Samen met partners in nieuwe aanbestedingen stappen en daarnaast zijn we bezig om internationaal stappen te zetten. Hiervoor ligt er al een basis wat betreft data en evidence based-werken; er is al een netwerk met contacten. Dat zal hoogstwaarschijnlijk leiden tot een overname van Mental Care Group in Europa. Daarnaast worden we gevraagd om kennis te delen over de Nederlandse aanpak. De nabijheid van een psycholoog is niet overal vanzelfsprekend, vaak opereren die vanuit instellingen of gaat het om vrijgevestigde psychiaters, maar daar zit verder weinig tussenin.’
Sloterdijk: ‘Ik zou het mooi vinden als we internationaal stappen kunnen zetten. Het is niet zo ingewikkeld om zomaar een aanbieder over te nemen, maar het kost wel tijd om de juiste gelijkgestemden te vinden.’

Dit interview is gepubliceerd in Management Scope 05 2023.

Dit artikel is voor het laatst aangepast op 23-05-2023

facebook