Interview met Dick Benschop, Hoofd Strategie Shell
03-12-2010 | Auteur: Paul Groothengel | Beeld: Maarten Kools | Interview: Jos Hessels
Dick Benschop leunt voorover en kijkt gebiologeerd naar de geel-rode manchetknopen van interviewer Jos Hessels. ‘Wat is dat nou? Het Shell embleem?' Hessels knikt en vertelt enthousiast over zijn eerdere loopbaan bij Shell, waar hij dertien jaar werkte. ‘Ze zijn mooi! Ik heb ze nog niet. Maar ja, ik werk hier pas zeven jaar', lacht Benschop, die na een politieke loopbaan - staatssecretaris van Buitenlandse Zaken in het kabinet-Kok II - in 2003 overstapte naar Shell.
Bij Shell verkocht Benschop eerst gas binnen Europa en leidde vervolgens een aantal jaren het gasbedrijf van Shell in Maleisië (‘als je Shell V Power Diesel tankt, zit daar een synthetische component in die wij nog steeds in Maleisië maken'). Sinds een jaar is hij terug in Nederland, als Hoofd Strategie van de Shell Groep.
Hoe staat de wereld er momenteel voor wat betreft de gasvoorraden? ‘De reserves van conventioneel gas nemen in regio's als Europa en de Verenigde Staten per saldo langzaam af. Maar dat wordt ruim gecompenseerd door de snelstijgende productie van onconventioneel gas, dat zich bevindt in laag-poreuze steen- en kleilagen. De winning hiervan is moeilijk maar er zijn wel steeds betere technieken voor, bijvoorbeeld door de bodem te kraken of door met grote druk een mengsel van water, chemicaliën en zand te injecteren. In de VS is de winning van onconventioneel gas erg succesvol, waardoor deze regio vrijwel is weggevallen als afnemer van conventioneel gas op de wereldmarkt. Door de opkomst van onconventioneel gas groeit de totale wereldvoorraad aan gas spectaculair; de verwachting is nu dat we bij het huidige verbruik nog voor zeker 250 jaar aan gasvoorraden hebben. De Verenigde Staten hebben door het winnen van onconventioneel gas nu een voorraad die toereikend is voor de komende honderd jaar; vóór die tijd was die verwachting 33 jaar.'
Is de VS de enige regio waar onconventioneel gas wordt geproduceerd? ‘De VS zijn wel de grootste producent, maar niet de enige. In Australië wordt coal Bed Methane, ofwel koolgas, gewonnen en vervolgens vloeibaar gemaakt. Cruciaal is ook dat China een enorm potentieel aan onconventioneel gas lijkt te hebben. Veel lokale Chinese bedrijven exploreren nu de mogelijkheden, Shell is ook bij een aantal projecten betrokken. Als China zelf meer onconventioneel gas kan produceren, heeft dat een geweldig positief effect op de wereldwijde uitstoot van CO2; China verbruikt voor zijn energievoorziening voor een aanzienlijk deel nog kolen. Bovendien moet China zijn gas op dit moment nog deels uit de hele wereld importeren, maar dat kan dramatisch veranderen als China zelf onconventioneel gas gaat produceren.'
En Europa? ‘In onze regio staat onconventioneel gas nog in de kinderschoenen, maar het zou groot kunnen worden in het volgende decennium. Shell boort onder meer in Zweden naar onconventioneel gas, en we werken samen met Exxon Mobil aan een project in Duitsland. Ook in Oekraïne zijn we bezig. Sommige vormen van onconventioneel gas zijn alleen te winnen met behulp van een groot aantal putten. Dat stuit mogelijk in een aantal Europese landen op maatschappelijke problemen, waarbij je waarschijnlijk wel weer een onderscheid moet maken tussen West- en Oosteuropese landen. In de VS wordt de aanwezigheid van boorputten vlakbij steden en dorpen wat makkelijker geaccepteerd dan in Europa het geval zal zijn. Rondom het exploreren van onconventioneel gas moet een hele industrie en infrastructuur worden opgebouwd. Bovendien is het geen statisch proces: je moet steeds nieuwe putten boren. De ecologische voetafdruk is dan ook behoorlijk groot.'
Naast de opkomst van onconventioneel gas zien we een sterke opkomst en mondialisering van de productie van vloeibaar gas. ‘Inderdaad, steeds meer landen produceren Liquified Natural Gas. Met dit LNG is Shell zo'n veertig jaar geleden begonnen, destijds in Algerije; we zijn marktleider op dit gebied. Nu wordt LNG geproduceerd in landen als Brunei, Maleisië, Oman, Australië, Qatar, Nigeria en Trinidad. Wij zijn bezig in Qatar met een nieuw LNG-project dat de totale productie in Qatar naar 77 miljoen ton LNG per jaar brengt, wat een enorme impuls betekent voor de gasindustrie. Het grote voordeel van LNG is dat het, nadat het vloeibaar is gemaakt, zeshonderd keer minder volume inneemt dan gasvormig aardgas. Hierdoor kan het gas makkelijker getransporteerd worden per schip, je hebt geen pijpleiding meer nodig.'
Hoe zit het met de vraag naar gas? ‘De verwachting is dat de wereldwijde vraag naar gas tussen nu en 2030 ieder jaar stijgt met twee procent; met name in China, het Midden-Oosten en ook Noord Afrika zal de vraag sterk toenemen. De vraag naar LNG stijgt sneller, waarbij de markt wat lucht heeft gekregen omdat de VS sinds de doorbraak van betaalbaar, onconventioneel gas vrijwel geen LNG meer nodig heeft. Daardoor is er meer LNG beschikbaar voor Europa, dat zijn conventionele gasvoorraden ziet dalen. Steeds meer Aziatische en Europese landen bouwen faciliteiten in hun havens om schepen met LNG te kunnen ontvangen en te verwerken; je hebt immers terminals nodig om dat vloeibare gas weer gasvormig te maken. In Rotterdam is men ook bezig met de bouw van deze terminals.'
De vraag naar en het aanbod van gas stijgen dus; toch wijzen beleidsmakers met name op duurzame brandstoffen en kernenergie als oplossing voor het energievraagstuk. ‘Het klopt dat Europese politici vooral praten over de inzet van duurzame brandstoffen. Ze hebben het doel om een aandeel van twintig procent duurzame brandstoffen in 2020 te realiseren. Ook kernenergie staat weer volop in de belangstelling. Het gaat, naast het halen van CO2-doelstellingen, ook om de security of supply. Dan constateer ik dat gas te weinig in de overwegingen wordt meegenomen. Onbegrijpelijk. Met het vervangen van kolen door gas bespaar je direct vijftig tot zeventig procent CO2-uitstoot, dat is een zeer effectieve maatregel op de korte termijn.
En bovendien: de waarde van een nu bespaarde ton CO2-uitstoot is veel groter dan de waarde van een over tien jaar bespaarde ton CO2. Als je nu snel overschakelt op gas, creëer je meer tijd en ruimte om de kosten van alternatieve energiebronnen omlaag te brengen. De hoeveelheid geld die de wereld nu besteedt aan haar energievoorziening, kan veel doelmatiger worden besteed - zowel in financieel opzicht als qua CO2-vermindering. Zoals het nu gaat, moet het ooit ergens fout gaan.'
Als gas zoveel kansen biedt, waarom wordt dat maatschappelijk en politiek dan niet opgepikt? ‘Wellicht hadden wij er vanuit de industrie meer over moeten praten. Ik zeg wel eens: "De stem van gas wordt niet gehoord". Vanuit Shell proberen wij het debat aan te gaan over het energievraagstuk en de mogelijkheden die gas biedt. We willen middenin de maatschappij staan. Natuurlijk, dat doen we vanuit welbegrepen eigenbelang. Maar het is ook onze maatschappelijke rol om mee te denken over vroege CO2-reducties, tegen zo laag mogelijke kosten. Overheden gaan in hun energiepolitiek uit van een beleid om te diversificeren. Dat is verstandig vanuit het oogpunt van risicomanagement. Maar men is nu te ver doorgeschoten, de balans is zoek. Er gaat nu alleen nog maar overheidsgeld naar de ontwikkeling van duurzame brandstoffen. Alleen al in Nederland vier miljard euro naar offshore windenergie. is dat verstandig?'
Shell-CEO Peter Voser hekelde in oktober de overheidssubsidie aan twee windparken in de Noordzee. ‘Hij heeft terecht de vergelijking op tafel gelegd. Het Ministerie van EZ wil ruim vier miljard euro verstrekken aan subsidie voor de aanleg van deze offshore-windparken. De hoeveelheid elektriciteit die dit oplevert, staat gelijk aan die van een moderne gasgestookte elektriciteitscentrale; die zet je neer voor zo'n 280 miljoen euro, stelde Voser. Zijn boodschap is dan: denk daar nog eens heel goed over na. Offshore windenergie is erg duur, onshore is al een stuk goedkoper. Maar windmolens op land stuiten weer op maatschappelijke tegenwind.'
Het punt is dat gas minder CO2-uitstoot oplevert dan kolen, maar nog steeds aanmerkelijk meer dan duurzame brandstoffen. ‘Dat is ook zo, daarom zijn we als industrie ook druk met het onderzoeken van optimale mogelijkheden naar het afvangen en opslaan van CO2 bij de productie van gas. Dan kan gas een blijvend onderdeel van de ‘energiemix' uitmaken. Het is jammer dat minister Verhagen, wegens gebrek aan lokaal draagvlak en de opgelopen vertraging, afziet van ondergrondse opslag van CO2 bij Barendrecht. Daarmee is opslag van CO2 hopelijk niet van de baan. Shell is indirect, via de NAM, ook betrokken bij initiatieven in Noord-Nederland om CO2 ondergronds op te slaan. Ik denk dat we als Nederland voorop kunnen lopen in technieken rond wat we noemen carbon capture & storage: het slim afvangen en opslaan van CO2. Het zou mooi zijn als we daarin een kenniscluster weten op te bouwen. Als Nederland daar innovatief in vooroploopt, kunnen we die kennis goed exporteren; alleen al in China wordt CCS een grote business.'
Hoe schat u de kansen van Nederland in om uit te groeien tot de gewenste ‘gasrotonde van Europa'? ‘Nederland acht ik gezien de huidige infrastructuur, de gunstige ligging en hoogwaardige kennis, zeker in staat om voor Noordwest-Europa een belangrijk logistiek knooppunt te worden voor de opslag en het transport van gasstromen uit verschillende aanvoerrichtingen. In de energiewereld is daar grote belangstelling voor. Aan zo'n spilfunctie zou de BV Nederland veel kunnen verdienen, wat handig is mochten we in de toekomst over minder eigen gas beschikken. Dat is een mooi innovatiecluster. Sowieso krijgt Europa te maken met een toename van de gasimporten, hetzij via pijpleidingen uit Rusland, hetzij via schepen die vloeibaar gas transporteren.'
Intussen stellen energiebedrijven hun investeringen uit, in afwachting van de keuzes die de politiek maakt. ‘Het licht zal hopelijk niet uitgaan, maar energiebedrijven moeten vroeg of laat toch hun kolencentrales moderniseren en vervangen. Voor welke brandstofmix kiezen ze dan? Kunnen ze bijvoorbeeld verzekerd worden van voldoende aanvoer van betaalbaar gas? Dat hangt af van politieke keuzes. De Europese lidstaten zouden eens een goed debat moeten voeren over hun strategische keuzes in energievoorziening. Ze kunnen de garantie van energie-aanbod veilig stellen door te kiezen voor een diversiteit van energiebronnen waarmee je de risico's kunt spreiden. Zorg er verder voor dat Europese bedrijven een belangrijke rol spelen bij de winning en het transport van het gas. Europa zou wat meer in die strategische dimensie moeten denken. Autarkie is nooit de oplossing voor welk risico dan ook, hooguit een dure droom. Ongeacht of je als land voor conventioneel of onconventioneel gas kiest, of je het van dichtbij of ver weg haalt, of je het importeert via pijpleidingen of vloeibaar binnenhaalt via schepen, in de keus voor energiebronnen hoort gas logischerwijs een belangrijke plaats te krijgen.'
Bovenstaand artikel met Dick Benschop, hoofd strategie van Shell, is verschenen in de special Op zoek naar nieuwe grenzen in samenwerking met Shell.
Lees ook:
> Organisatiestructuur Shell
> Profiel Dick Benschop
> Dick Benschop nieuwe President directeur Shell Nederland
> 'Olieprijs wordt instabiel'
> Shell-CEO Peter Voser vindt olie te duur
> Dure olie heeft ook prettige kant
> OPEC: mogelijke productieverlaging als olieprijs blijft dalen