De nevenfunctie van Rein Willems

'Het is hier geen Shell, zegt de kerk wel eens'

Rein Willems in gesprek met Gert van der Houwen

De nevenfunctie van Rein Willems
In deze rubriek vertellen bestuurders en commissarissen over een bijzondere nevenfunctie die zij vervullen. Rein Willems is lid Stichting Administratiekantoor Fugro, voorzitter Stichting Toekomstbeeld der Techniek, maar ook voorzitter Stichting voor Stad en Kerk (STEK).

Hoe bent u bij STEK betrokken geraakt?
‘Ik ben mijn hele leven betrokken geweest bij het kerkelijk leven, ook in de tijd dat ik in het buitenland gestationeerd was voor Shell. De kerk in Nederland heeft twee “zorgende” rollen: het pastorale werk richt zich op vooral de eigen gemeenschap, het diaconale werk is gericht op armoedebestrijding in de samenleving breed. Het diaconaal werk in Den Haag bestaat al meer dan 500 jaar. Tot 1965, toen de Algemene bijstandswet werd ingevoerd, was de kerk een van de belangrijkste armoedebestrijders. De overheid heeft die rol van kerken geleidelijk overgenomen. Op dit moment kijken gemeenten weer nadrukkelijk naar samenwerking met vrijwilligersorganisaties. STEK staat voor Stad en Kerk en is een uitvoeringsorganisatie die gefinancierd wordt door de Diaconie van de Protestantse kerk in Den Haag. Een paar jaar geleden merkte ik dat de besturen van zowel Diaconie als van STEK gebaat waren bij meer afstemming. Ik ben me er een beetje tegenaan gaan bemoeien, vanuit mijn bedrijfskundige ervaring. Toen er een bestuurswisseling aankwam, heb ik aangegeven bereid te zijn te helpen bij die betere afstemming, zodat de organisatie beter zou kunnen functioneren. Want hier moeten gewoon dingen gebeuren en er moet niet te veel vergaderd worden.’

Wat brengt STEK u?
‘STEK is een prachtige organisatie met zo’n 50 medewerkers en meer dan 900 vrijwilligers. De organisatie heeft het geluk van een groot eigen vermogen, dat de basis vormt voor de langere termijn. Met het financieel rendement worden allerlei projecten gefinancierd: buurtwerk, kennisuitwisseling, begeleiding van uitgeprocedeerden, budgetmaatjes, noem maar op. Het bestuurswerk voor STEK zorgt voor balans in mijn leven en ik haal er inspiratie uit. Mensen in het bedrijfsleven komen minder in aanraking met dit facet van de samenleving dan nodig is.’

Wat raakt u het meest in de activiteiten van STEK?
‘De wijze waarop STEK hulp biedt aan ongedocumenteerde vrouwen met kinderen. Dat is een gevoelig onderwerp: we hebben regels opgesteld waar iedereen zich aan dient te houden. Maar als ik de verhalen hoor, begrijp ik wel dat sommige uitgeprocedeerden nergens heen kunnen en dus onderduiken. Het diaconale werk is er niet om zieltjes te winnen, maar voor iedereen die het nodig heeft.’

Als voormalig ceo van Shell Nederland pleit u voor burgerlijke ongehoorzaamheid?
‘Ik ben voor regels, maar iedere regel heeft beperkingen. Als het om mensen gaat, kun je niet alles in regels vatten. Ik begrijp wel dat het voor de overheid lastig kan zijn af te wijken van regels.’

Vraagt het werk voor STEK om een andere stijl dan in het bedrijfsleven?
‘Ja, er wordt mij binnen de kerk wel eens tegengeworpen: “het is hier geen Shell.” In het zakenleven kun je snel oordelen en handelen, hier moet ik vaker tot tien tellen. Bij STEK word ik er steeds opnieuw van doordrongen dat ik voor mensen bezig ben voor wie mogelijkheden niet vanzelfsprekend zijn. In het leven krijg je te maken met gedoe. Daar heb ik veel van geleerd.’

Interview door Gert van der Houwen, algemeen directeur VDH Bestuurszaken. Dit korte interview uit de rubriek Na aan 't hart is gepubliceerd in Management Scope 08 2018.

facebook