12-01-2009 | Interviewer: Haico Meijerink | Auteur: Linda Huijsmans | Beeld: Lex Draijer
Spelen er nog meer struikelpunten als het gaat om de ontwikkeling van CO2-opslag?
“Informatie is een belangrijke. Over het algemeen weet de Nederlandse bevolking erg weinig van CO2-opslag, hebben we gemerkt. Men denkt dat het gevaarlijk is, dat het om schadelijke stoffen gaat die als ze mochten ontsnappen grote schade kunnen aanrichten en dat is niet zo. Waar het om lege gasvelden gaat, is het zelfs een stuk veiliger dan het gas dat er voorheen in zat.
De eerste grote opslagprojecten zullen op z’n vroegst in 2015 koolstofdioxide opslaan. Maar als we niet eerst een kleinere proef bij Barendrecht kunnen starten, dan missen we de kans om op vele fronten ervaring op te doen en kan het nog zeker drie jaar langer duren. Daarom is haast geboden. De tijd dringt. Overigens dient er een verantwoorde prijs voor CO2 ontwikkeld te worden met CO2 trading systemen. Hiervoor moeten overheden wereldwijd kaders scheppen op een zogenaamde ‘level playing field’ basis, die moet resulteren in gelijkwaardige concurrentie posities voor Europese bedrijven.”
CO2-opslag is een nieuwe, veelbelovende technologie. Is Shell nog met andere, veelbelovende technologieën bezig?
“Wij concentreren ons met name op het gebied van biobrandstoffen. Er loopt een aantal grote research- en ontwikkelingsprojecten. Zo hebben we ons aandeel in het Canadese bedrijf Iogen onlangs verhoogd van 26,3 naar vijftig procent. Daar zijn we bezig met de verdere ontwikkeling van cellulose-ethanol. De Iogenbrandstof wordt onder andere gemaakt van stro, dat tot 90 procent minder CO uitstoot dan gewone benzine.
Een andere variant vindt plaats in Duitsland waar we met Choren bezig zijn met een bio-to-liquids demonstratie project, een proces dat lijkt op het gas-to-liquids project in Qatar, alleen gebruiken we in Duitsland niet aardgas maar hout als voedingsmateriaal. Het doel is dat we daar uiteindelijk diesel of kerosine uit destilleren.
In Hawaï zijn we bezig met algen. Daar doen we een aantal proeven met verschillende soorten algen om te zien welke de beste resultaten oplevert. Dat proces kent drie fasen: het kweken van de algen, het afvangen van de olie die er op groeit, dat is het moeilijkste deel, en tenslotte die olie omzetten in bruikbare brandstof.”
Shell is van oudsher sterk in het opboren, verkopen en distribueren van olie. Toch wordt er ook binnen uw bedrijf hard gewerkt aan vormen van alternatieve energie. Hoe belangrijk zijn die voor Shell? Komt er een moment dat de olie verdwijnt en de energie uit heel andere bronnen gewonnen wordt?
“Er zijn drie belangrijke feiten waar we de komende jaren niet omheen kunnen. Ten eerste neemt de groei in de vraag naar energie, die langzaam aan het verminderen was, weer heel sterk toe. Dat komt door de snelle economisch groei van onder andere India en China. Die vraag zal de komende pakweg dertig jaar wereldwijd verdubbelen. Het tweede is dat de reserves in de makkelijk ontginbare locaties langzaam opraken. We moeten dieper in de zee boren, of naar plaatsen als Alaska of Siberië gaan, of olie/gas in moeilijkere vormen ontginnen. Dat is duurder en het kost meer energie om die olie of dat gas uit de grond te krijgen.
We zitten nu in een overgangsfase, al is dat een hele lange. Op dit moment vormen alternatieve energiebronnen nog maar 1 of 2 procent van de totale energie, aan het eind van de eeuw zal dat naar verwachting 70-80 procent zijn. De vraag is: wat doen we in de tussentijd? In 2050 moeten we nog minstens de helft van de energie-behoefte halen uit fossiele energiebronnen, zoals gas, olie en kolen.
De technologie voor alternatieve vormen van energie, staat nog in de kinderschoenen. Daarom moeten we de komende dertig, veertig jaar efficiënter om gaan met de bestaande energie, waardoor de CO2-uitstoot zal verminderen. Verder moeten we aan de slag met het afvangen en opslaan ervan. Maar de echte winst moet komen uit alternatieve energiebronnen.
We investeren momenteel al serieus in windenergie, met name in de VS. Zonne-energie is in onze ogen nog niet ver genoeg om daar grote bedragen in te stoppen. Wij concentreren ons daarom op biobrandstoffen. We zijn de grootste distributeur van biobrandstof ter wereld en dat is ook logisch want we hebben overal een enorme infrastructuur van benzinestations en raffinaderijen. We produceren zelf nog niet, maar handelen wel in biobrandstoffen. Maar ook dat gaat veranderen. Kijk naar onze activiteiten met Iogen in Canada en andere voorbeelden die ik net noemde.”
“ De Nederlandse bevolking weet weinig van CO2-opslag”
Zou u pleiten voor een code voor Duurzaam Ondernemen à la Tabaksblat?
“Zeker. De overheid is daar al mee bezig en wij adviseren over de invulling daarvan. De meeste mensen binnen Shell leven met energie en daardoor met klimaatbeheersing en CO2. Daardoor zijn ze vaak zeer geneigd om daar mee aan de slag te gaan. Vanuit onze positie zien wij duidelijk wat er zou kunnen gebeuren. We zijn als industrie er ook medeverantwoordelijk voor en daarom zijn we zeer geïnteresseerd in oplossingen. Er bestaat binnen de maatschappij in het algemeen veel behoefte om de huidige problematiek uit te leggen. Steeds meer organisaties raken geïnteresseerd in de problematiek en wij zijn graag bereid onze kennis te delen.”
De financiële resultaten van Shell zijn de laatste tijd fantastisch, maar de gemiddelde automobilist die bij de pomp steeds meer moet afrekenen, begrijpt dat niet. Die denkt dat Shell zoveel verdient door die hoge benzineprijzen.
“Onze goede cijfers zijn voor een groot deel het gevolg van de hoge olieprijs. Aan de andere kant is het belangrijk om te realiseren dat de kosten voor de investeringen geweldig omhoog zijn gegaan. Onze winst maken wij met name in de upstreamkant; met de winning en verkoop van olie. Aan de downstreamkant, raffinage, chemicals, marketing en benzineverkoop, ligt dat een stuk lager. De verkoop van benzine aan de pomp levert ons maar 1 tot 2 cent per liter op. Ongeveer tweederde van die prijs bestaat uit belastingen. Dat is een politieke beslissing, daar kunnen wij niet veel aan doen. Maar u heeft gelijk, een grote groep autorijders weet dat niet, of wil dat niet weten. Daar is voor ons nog een belangrijke taak weggelegd.”
Lees ook:
>
Traineeship maakte duidelijk welke master het moest worden
Op je 25e een huis bouwen, een fulltime baan, een masterstudie Managementwetenschappen, handballen op regionaal niveau, sociale contacten én een nieuwe functie bij de Rabobank als Financieringsspecialist Grootbedrijf. Bente doet het allemaal. Hoe? Ontdek het hier
Bekijk hier alle rankings die Management Scope jaarlijks samenstelt.
Op uitnodiging van de Nederlandse Vereniging van Participatiemaatschappijen (NVP) discussiëren vier in de investeringswereld werkzame millennials over hun vak, hun duurzaamheidsambities, hun dilemma’s en hun visie op de toekomst van private equity en venture capital. ‘Het gaat om een combinatie van impact en profit.’
lees artikelDe duidelijke why van Philips in combinatie met een glasheldere purpose – met medische apparaten en oplossingen de wereld een stukje beter maken – spreekt coo Sophie Bechu erg aan. ‘Zaken als productie, levering en services hebben grote impact op dit doel. Alles wat wij doen, is gericht op de klant.’
lees artikelIn bijna ieder bedrijf werken ze: medewerkers die geestelijk zijn afgehaakt. TNO-wetenschapper Jenny Huijs deed onderzoek naar dit ‘mentaal pensioen’ en de manieren om werkplezier en productiviteit te verbeteren: ‘Soms kan roulerend voorzitterschap in vergaderingen al een verschil maken.’
lees artikelGeïntereseerd in Management Scope?
Maak kennis met het magazine via een proefabonnement: 3 edities voor €18,- of 6 edities voor €36,-
Vraag een proefabonnement aan