Autorijden is niet duur

Autorijden is niet duur
Gastauteur Martijn Bennis: Wat autoberichten van de afgelopen tijd: de files zijn in 2007 weer langer geworden en de benzineprijs is zo hoog dat de VVD en de PVV de accijns op benzine willen verlagen. Maar ook: het afgelopen jaar zijn er meer dan 500.000 nieuwe auto'sverkocht en de verkoop van grootverbruikers als BMW X5's en Cayennes is vooruitlopend op de invoering van de slurptax geëxplodeerd.

Wat vertelt deze verzameling berichten ons? In ieder geval niet dat autorijden zo duur is. De belangstelling voor autokilometers is zo overweldigend dat mensen er dagelijks voor in kilometers lange rijen willen staan. Een verlaging van de benzineprijs via de accijnzen is vanuit dat perspectief dan ook niet erg logisch. Een lippendienst aan klagend Nederland.

Hoe duur is benzine eigenlijk? Goed, een liter heeft nog nooit 1,50 euro gekost. En natuurlijk ontsnapt ook aan mij wel eens een harde vloek als de teller ergens vlak boven de 100 euro (hon-derd eur-o!) tot stilstand komt. Maar ik rij en er geen meter minder om, en ik koop ook geen goedkopere/zuiniger auto. Net als miljoenen landgenoten. We kunnen het kennelijk hebben.

Dat is goed te verklaren. Het CBS publiceert zowel de benzineprijzen als de inflatie sinds 1962. Voor een goede vergelijking moet de benzineprijs uit 1962 (21 eurocent per liter) natuurlijk wel worden gecorrigeerd voor het feit dat het algemeen prijsniveau in 1962 bijna 5,5 keer lager lag dan in 2007. De koopkracht van de euro/gulden wordt jaarlijks minder maar de lonen compenseren daarvoor. In dezelfde euro's uitgedrukt kostte een liter benzine in 1962 1,11 euro. Begin jaren 80 kostte een liter benzine rond de 1,30 euro en de laatste jaren is de reële benzineprijs gestegen naar het huidige niveau van dik anderhalve euro. De hele grafiek geeft een behoorlijk vlakke lijn met een licht stijgende tendens.

In bijna een halve eeuw is benzine dus 35 procent duurder geworden. Ondertussen is onze welvaart (reëel besteedbaar inkomen) veel sneller gestegen dan de inflatie. Als onderdeel van onze totale inkopen is benzine minder belangrijk geworden. Daar komt bij dat de benzinekosten via de juiste keus van het type auto goed zijn te compenseren. 1 liter op 20 kilometer is tegenwoordig goed haalbaar, zelfs in redelijk comfortabele auto's.

Benzine is natuurlijk maar een onderdeel van de autokosten. Het is wel de kostenpost met de hoogste gevoelstemperatuur, niet in de laatste plaats omdat de staatskas heel erg staat mee te tanken. Maar ook de andere kostenposten (afschrijvingen, financiering, onderhoud, verzekeringen, belastingen) zijn (reëel) niet gestegen, zeker voor automobilisten die hun auto goed selecteren. Voor wie de auto omschrijft als een manier om redelijk snel en droog van A naar B te komen, is autorijden niet duur. De echte kosten zitten in status, luxe, nodeloos motorvermogen en accessoires die met vervoer weinig te maken hebben.

facebook