De nevenfunctie van Marjan Oudeman
'Zeventigduizend zoenen, daar doen we het voor'
Marjan Oudeman in gesprek met Gert van der Houwen
Hoe bent u betrokken geraakt bij het Ronald McDonald Kinderfonds?
‘Mijn eerste contacten met het fonds stammen nog uit de tijd dat ik werkzaam was bij Hoogovens in IJmuiden. Als bedrijf waren we al eens benaderd door het fonds; we hebben ook wel eens iets voor ze gedaan. Ed Nijpels was destijds voorzitter van de raad van toezicht van het Kinderfonds. Toen hij vertrok, vroeg hij me of ik ervoor voelde de functie van hem over te nemen. Daar heb ik niet heel lang over na hoeven denken.’
Had u persoonlijke ervaringen met de Ronald McDonald Huizen?
‘Nee, dat gelukkig niet. Maar een groot bedrijf als Hoogovens is een soort samenleving in het klein, dus daar heb ik wel te maken gehad met mensen met ernstig zieke kinderen. En als moeder van drie kinderen heb ik me er altijd iets bij voor kunnen stellen. Het allerergste dat je als ouder kan overkomen, is overlijden of ziekte van een kind. Iets voor gezinnen betekenen die zoiets treft, is heel erg mooi.’
Waarom is het fonds voor u belangrijk?
‘Het is vooral het aspect van iets doen voor anderen. En te beseffen dat er 1.900 mensen als vrijwilliger rondlopen die zich ook inzetten voor anderen. Volgens specialisten dragen Ronald McDonald Huizen bij aan een sneller herstel van zieke kinderen en we dragen ook bij aan het voorkomen van psychische problemen bij familieleden. Daar is allemaal onderzoek naar gedaan. We hebben dus grote maatschappelijke impact, maar wel op een kleine, menselijke schaal. Jaarlijks hebben we in onze huizen, die inmiddels bij alle grote ziekenhuizen staan, zo’n 70.000 overnachtingen. Ik zeg altijd: dat zijn 70.000 zoenen voor een ziek kind per jaar. Voor die nachtzoenen doen we het.’
Is er een verhaal dat speciaal indruk op u heeft gemaakt?
‘Ach, er zijn zo veel hartverscheurende verhalen. En elke dag komen er nieuwe verhalen bij. Laatst nog van een vrouw die was bevallen van een drieling en een van haar kindjes verloor. Het verdriet kun je niet wegnemen, maar je kunt er wel voor zorgen dat die mensen zich even in een Ronald McDonald Huis kunnen terugtrekken, met elkaar, met een kop koffie en met – als het nodig is – een luisterend oor.’
Waarin verschilt dit werk van de andere dingen die u doet?
‘Als je puur naar de functie van voorzitter van de raad van toezicht kijkt, is er niet heel veel verschil met andere soortgelijke functies. Als raad moeten we erop toezien dat het fonds draait, dat het geld goed wordt beheerd en goed wordt besteed, dat we toekomstbestendig zijn. Daar moet je zakelijk in zijn en daarin verschilt het Kinderfonds niet van bijvoorbeeld het Rijksmuseum, waar ik ook in de raad van toezicht zit. Het verschil zit ‘m in de menselijke verhalen. We staan met het fonds midden in de samenleving. Iets breder gezien: we schuren met ons fonds ook aan tegen de discussie over de toekomst van de zorg. Hoe houd je die kwalitatief in orde? Hoe blijf je relevant? Het is mooi om daarover mee te denken.’
Interview door Gert van der Houwen, algemeen directeur VDH Bestuurszaken. Dit korte interview uit de rubriek Na aan 't hart is gepubliceerd in Management Scope 08 2018.