Martijn Aslander over de toekomst van banken

'Over vijf tot vijftien jaar bestaan er geen banken meer'

Martijn Aslander in gesprek met Irine Gaasbeek

Martijn Aslander over de toekomst van banken
In welk domein je ook actief bent: iemand zal uitvinden hoe het sneller, beter en goedkoper kan, daar is, spreker en auteur Martijn Aslander van overtuigd. Neem de financiële sector: ‘Dat systeem representeert absoluut niet meer de reële economie en transacties.’

De financiële sector staat onder druk. De bankencrisis is officieel achter de rug, maar bancaire instellingen moeten de echte vernieuwing nog doorvoeren. Nieuwe spelregels en nieuwe toetreders maken het speelveld complexer. Staat de financiële sector aan de vooravond van ontwrichting? Martijn Aslander stond aan de basis van de lifehackingbeweging: meer bereiken met minder moeite door dingen slimmer te organiseren, onder meer met behulp van digitale tools. Hij schreef verschillende boeken, is beroepsspreker en overtuigd aanhanger van the wisdom of the crowd, komt in menig boardroom en zoekt doorlopend naar de match tussen technische en sociale innovatie. Op de dag dat Donald Trump wordt verkozen tot nieuwe president van de Verenigde Staten spreekt Irine Gaasbeek (Accenture) met Aslander over zijn vergezichten en zijn verwachtingen over de financiële sector. Aslander voorspelt dat er over vijf tot vijftien jaar geen banken meer bestaan.

Voor ons liggen je laatste twee boeken: Easycratie en Nooit af.
Easycratie gaat over lifehacking voor organisaties: hoe kun je meer doen met minder stress, lagere kosten en minder moeite. Nooit af is het vervolg op Easycratie. Nooit af gaat een stap verder: het gaat niet meer alleen over het bedrijfsleven, maar over de hele samenleving. Het is geen managementboek. We (Aslander schreef het boek samen met Erwin Witteveen, red.) geven geen oplossingen, maar stellen betere vragen. We kijken door de lens van technologie naar de sociale, maatschappelijke en economische impact van die technologie. We kijken naar sectoren als openbaar bestuur, zorg, onderwijs en finance en brengen in kaart wat technologische convergentie, het samenkomen van allerlei soorten nieuwe technologie, daar voor invloed op heeft. In Nooit af stellen we dat plannen maken geen zin meer heeft. Daarvoor gaan de ontwikkelingen te snel. Tegen de tijd dat je plan af is en de financiering rond, ziet de wereld er weer anders uit. We moeten dus naar een andere benadering toe: we noemen dat Permanent Beta. Maak je niet druk als iets niet af is, het blijft permanent in ontwikkeling, je kunt het steeds verbeteren. In bètafase bestaan geen fouten, hooguit werkt iets nog niet helemaal goed.’

Hoe kijkt u aan tegen de financiële sector?
‘Dat systeem representeert absoluut niet meer de reële economie en transacties. Naar schatting een kwart van de wereldeconomie, zo’n 26 duizend miljard dollar, bestaat uit lucht die nog uit het systeem moet. Die clash komt nog op ons af. Technologie vaagt ondertussen de gehele financiële sector weg. Er verdwijnen niet alleen banen, de sector als geheel verdwijnt. Ik zie dan ook geen toekomst voor de bank, bij gebrek aan toegevoegde waarde.’

Banken hebben kapitaal in beheer, verzorgen transacties, leveren krediet voor hypotheken. Wat komt er dan voor in de plaats?
‘Het businessmodel van banken is gebaseerd op frictie tussen vraag en aanbod. Die rol van banken gaat verdwijnen. Banken zijn nu te groot, te log. Hun innovatietempo is te laag vergeleken met wat er in de buitenwereld gebeurt. Kijk alleen al naar M-Pesa, een financieel systeem dat in Kenia en Tanzania is ontstaan en dat nu in allerlei andere landen opkomt. Dat draait op basis van mobiele telefoons. Zo’n ontwikkeling voltrekt zich onder de ogen van de bank. Er zijn overal ter wereld mensen aan het bedenken hoe het anders kan. Dat wordt versterkt door netwerkeffecten zoals we bij Pokémon Go hebben gezien. Die netwerk- effecten zorgen ervoor dat alle puzzelstukjes veel sneller gevonden worden door slimme vernieuwers. Frictie tussen vraag en aanbod is zo’n puzzelstukje.’

Toch houden consumenten in veel onderdelen van de economie vast aan bestaande structuren, waarvan de bank er een is. Hoe verklaart u dat?
‘Ik sprak laatst op een bijeenkomst over arbeidsmarktvraagstukken. Daar hoorde ik iemand van de vakbond luid klagen over nieuwe businessmodellen en innovatie, denk aan Uber en Airbnb. Ondertussen was ze in de weer met WhatsApp. Met WhatsApp ondermijn je de business van telecombedrijven. Ongetwijfeld maakt ze ook gebruik van Google Maps, dat gaat ten koste van banen bij Tom- Tom. Iedereen kiest uiteindelijk voor oplossingen die sneller, beter en goedkoper zijn.’

In hoeverre speelt vertrouwen in gevestigde instituten een rol?
‘Een concept als Uber draait volledig op vertrouwen. Daar gaat een grotere ontwikkeling achter schuil: de opkomst van de reputatie-economie. Technologie zorgt ervoor dat we verifieerbaar vertrouwen creëren, dat is iets anders dan ‘het zit wel goed’. Vertrouwen in bestaande instituties is niet meer vanzelfsprekend. Steeds vaker vallen ze door de mand en kunnen ze dat vertrouwen niet aan. Vermoedelijk moet de pijn nog verder toenemen voordat mensen instituties de rug toekeren, maar dat is kwestie van tijd.’

Hoe zorgt technologie ervoor dat banken verdwijnen?
‘De meeste organisaties die bezig zijn met innovatie, richten zich op een of twee elementen van nieuwe technologie, denk aan deep learning of Big Data. Maar momenteel bestaat nieuwe technologie uit een lange rij toepassingsgebieden: biotechnologie, nanotechnologie, neurotechnologie, sensortechnologie, robotica, domotica, fotonica, blockchain, virtual reality, augmented reality, mixed reality, deep learning, kunstmatige intelligentie, predictive intelligence, open source, open data, Big Data, open hardware, 3D-printing, DNA-sequencing, sociale zwermen. Die technologieën convergeren, komen samen. Ze bieden exponentiële mogelijkheden, ook door het netwerkeffect. Straks hebben vijf miljard mensen toegang tot het web. Ze zijn allemaal nieuwsgierig en gaan op zoek naar puzzelstukjes, die ze vervolgens delen. In welk domein je ook actief bent, iemand gaat uitvinden hoe het sneller, beter en goedkoper kan.’

Nieuwe initiatieven kunnen de frictie tussen vraag en aanbod toch niet elimineren?
‘Transacties blijven nodig, maar ik denk niet dat het de banken zijn die hier een rol in blijven spelen. Hoe miljoenenkredieten geregeld gaan worden? Goede vraag, wellicht blijven er een paar instellingen over. Belangrijker is dat mensen op een andere manier naar resources en kapitaal gaan kijken. Een netwerksamenleving gaat meer over toegang dan over geld. Ook een econoom als Piketty denkt nog steeds vanuit assets. Digitalisering leidt tot dematerialisatie. In de smartphone zit enorm veel functionaliteit die dure, losse producten vervangt: denk aan camera’s, een bibliotheek, een kompas, een rekenmachine. De productie van die assets is voor een deel weggevallen.’

Hoe ziet in uw ogen de bank van de toekomst er uit?
‘Banken hebben wel een rating van hun klanten, maar niet andersom. Dat gaat veranderen. Ik denk dat we toegaan naar een hybride situatie, waarbij het niet alleen om geld draait, maar ook om toegang tot diensten en producten. Veel daarvan kunnen we delen. De logistieke technologie die daarvoor nodig is, ontwikkelt zich op dit moment. De opkomst en mogelijkheden van zwermen – dat zijn ook Facebook, Twitter en LinkedIn – is hierbij erg belangrijk, maar wordt onderschat. Dat zijn technologieën die mensen in staat stellen zichzelf te organiseren zonder kosten. Iedereen redeneert echter nog steeds vanuit traditionele paradigma’s en organisatiestructuren. Wikipedia is een goed voorbeeld van hoe honderdduizenden mensen altruïstisch samenwerken. De Encyclopedia Britannica is verdwenen omdat de mensen die er een hadden er misschien een paar keer per jaar in keken, alleen als ze toevallig thuis waren op het moment van hun vraag.’

Stappen partijen die nu de zwermen faciliteren – Apple, Google – in de financiële dienstverlening?
‘Facebook in Afrika gaat vooral over geld. Het wordt interessant als je financiële transacties niet beschouwt als verdienmodel, maar als middel om iets anders voor elkaar te krijgen.

Nieuwe toetreders geven het snel op. Wet- en regelgeving wordt vaak aangevoerd als reden. Is dat terecht?
‘Dat lokt alleen maar meer innovatie uit. Mensen vinden het leuk om te puzzelen en veel ontstaat vanuit onvrede met bestaande diensten. Er kan morgen zo iemand opstaan die Uber of Airbnb opnieuw uitvindt, zonder dat regels in de weg zitten. Verder zijn consumenten niet loyaal, de overname van WhatsApp door Facebook leidde binnen een dag tot vijftig miljoen overstappers op Telegram. Het duurt vaak even voordat bedrijven de nieuwe krachten herkennen, maar tegen de tijd dat ze het doorhebben, zijn ze te laat. Dus ik zie weinig toekomst voor de bank als instituut.’

Stel dat u de nieuwe ceo van ABN AMRO zou worden. Wat zou u met de bank gaan doen?
‘Ik zou de kerstpakketten herinvoeren en de bonussen afschaffen. Ik zou invoeren dat mensen maar vier dagen per week voor de bank mogen werken, de andere dag is dan voor persoonlijke ontwikkeling. Ik zou de bankfilialen ombouwen tot kroegen, zodat daar meer ruimte komt voor het herkennen van talent en inspiratie. Ik zou hackathons organiseren met als doel het ontwrichten van het bestaande model. Verder zou ik transparant maken waar de kredieten naartoe gaan en overstappen op blockchain. De bank zou een coöperatie moeten worden, zodat de klanten eigenaar worden.’

Dus de bank blijft wel bestaan?
‘Ja, maar in een compleet andere vorm. Een evolutie naar een vorm die de samenleving beter dient. Ik denk liever in resources: als je geld uitgeeft, heb je het niet meer, met resources zoals een netwerk van kennis en contacten werkt dat anders.’

Hoe ziet u de opkomst van fintech?
‘Deze bedrijven zijn de horzels van de financiële sector. Ze gaan nieuwe dingen verzinnen waar de gevestigde orde last van krijgt. De fintechs die omarmd worden door de banken, zullen echter niet leiden tot verandering. Ze worden om zeep geholpen als de bestaande business wordt bedreigd: net als bij Kodak.’

U hanteert zelf geen tarieven voor uw advieswerk. Dat mag de klant of opdrachtgever zelf bepalen, op basis van de gepercipieerde waarde.
‘Dat is het beste wat je als consultant kunt doen, anders ga je zoveel mogelijk uren zitten schrijven. Dat is de verkeerde prikkel. Als je zo kort mogelijk ergens werkt, kun je zoveel mogelijk partijen helpen. Tijd ruilen voor geld is een merkwaardig idee. Ik help alleen bij vraagstukken die me aanspreken. Als het heel waardevol is, maar je betaalt er niet voor, dan is dat niet erg maar sta je morgen achteraan in de rij. Bijna alles wat ik nodig heb, haal ik uit mijn netwerk. Ik investeer in sociaal kapitaal, dat rendeert beter dan financieel kapitaal. Het gaat verder dan een ruil, het is asynchrone wederkerigheid in een groep. Met de Permanent Beta-community heb ik meer dan duizend bijeenkomsten georganiseerd zonder budget, er zijn veel sprekers die om niet hun kennis komen delen. Zonder geld kun je veel in beweging krijgen; technologie helpt om het grootschaliger tot een succes te maken. Het model is ook schaalbaar: ik leg aan Afrikaanse cfo’s uit hoe ze door de inzet van resources kunnen ondernemen zonder financieel risico en dus zonder angst. Technologie zorgt ervoor dat je geen instituties, organisaties en kosten meer nodig hebt om dingen in beweging te krijgen.’

Het idee van internet-grondlegger Tim Berners Lee was dat het internet door het delen van kennis en informatie bijdraagt aan democratisering. Hoe belangrijk zijn de grote technologiebedrijven?
‘Social media stellen twee miljard mensen in staat dingen te doen die voorheen onmogelijk, duur en complex waren. Je hoeft tegenwoordig niet meteen een organisatie op te tuigen en daar funding voor te regelen. Dat is een ongekende kracht. Er is een enorm surplus aan kennis en talent in de gehele samenleving, het is vooral de vraag hoe je dat aftapt. En wat technologie betreft: over een paar jaar zijn data en spraak gratis. Ook voor ‘nieuwe’ instituten als Google of Facebook geldt dat ze, als ze het niet goed doen, zo vervangen kunnen worden door iets anders. De levenscyclus van bedrijven wordt sowieso steeds korter.’

De afgelopen tijd staat Singularity University volop in de aandacht. Zij houden zich bezig met allerlei exponentiële technologieën op het gebied van DNA en kunstmatige intelligentie. Hoe kijkt u daar tegenaan?
‘Singularity University denkt heel erg vanuit de technologie en wat er allemaal mogelijk is. Het boek Nooit af gaat veel meer uit van de maatschappelijke en economische dimensie van die ontwikkelingen. Het is de poldervariant van Singularity-denken. Ik denk dat de grootste ontwikkelingen en het thought leadership uit Europa en Afrika moeten komen. In Azië begrijpen ze democratie niet zo goed en in de VS is de verdeeldheid te groot.’

Vandaag heeft Trump de Amerikaanse presidentsverkiezingen gewonnen. Waarom gaat u de politiek niet in?
‘Dat is de enige plek waar ik niet kom. Dat is een bewuste keuze. Politici, ik ken er veel, zijn bevlogen en hardwerkende mensen. Maar zet er twee bij elkaar en je kunt er niets meer mee. Wet- en regelgeving zijn altijd te laat, beleid is te veel gericht op de korte termijn en er wordt bij het budget ontzettend veel energie in controle gestoken. Dan maar zonder geld, de politiek is niet mijn arena.’

Interview Irine Gaasbeek
Managing director financial services bij Accenture.

facebook