Simon Ampts over Supply Chain Finance
'We maken een heel ecosysteem steviger'
Simon Ampts in gesprek met Michiel Steeman
18-05-2017 | Interviewer: Michiel Steeman | Auteur: Paul Groothengel | Beeld: Gregor Servais
Zo’n vijftien tot twintig miljard euro. Dat is naar schatting het bedrag waar mkb-bedrijven recht op hebben maar waar ze (nog) niet bij kunnen, omdat ze vaak maanden moeten wachten op betaling van hun klant. Het is hun werkkapitaal, dat nog ergens vastzit bij hun vaak machtige afnemers. Met supply chain finance- oplossingen kunnen toeleveranciers veel eerder over hun geld beschikken. De aandacht hiervoor nam de afgelopen jaren sterk toe, mede door de crisis die veel mkb-bedrijven deed wankelen. Zo ontstond in 2015 het initiatief ‘Betaalme.nu’, dat erop gericht is te zorgen dat grote bedrijven hun kleine en middelgrote leveranciers sneller van liquiditeit voorzien en sneller betalen, liefst binnen dertig dagen. Dit initiatief ontstond vanuit het Nederlandse bedrijfsleven, ondersteund door het ministerie van Economische Zaken. In november 2015 startten de voortrekkers Heineken Nederland, Randstad, Jumbo en FrieslandCampina met het eerder betalen van hun toeleveranciers. Inmiddels staat de teller op ruim veertig aangesloten grote bedrijven en meer dan honderdduizend mkb-bedrijven waarvoor een betaaltermijn van dertig dagen is bewerkstelligd.
Onmisbare schakel in dat eerder ‘vrijmaken’ van werkkapitaal voor leveranciers zijn de banken. Zij betalen binnen een supply chain finance-programma direct de leveranciers, nadat hun factuur door hun afnemer is goedgekeurd; en die afnemer betaalt de bank pas op de vervaldatum van de originele factuur. De banken kunnen dit doen omdat in deze financieringsstructuur de betaalgarantie (en kredietwaardigheid) van de grote afnemers voor hen als zekerheid geldt. Een van die bankiers is Simon Ampts. Tot 2011 werkte hij tien jaar bij Philips, waar hij vanuit de treasury-afdeling aan de wieg stond van het eerste supply chain finance-programma dat het Eindhovense techconcern rond 2009 lanceerde. Inmiddels financiert Philips tientallen leveranciers op deze manier, wat hen een significant cashvoordeel oplevert.
In 2011 vroeg Rabobank aan Ampts of hij deze financiële oplossing ook voor de klanten van de bank wilde optuigen. Hij maakte de overstap naar Rabo’s hoofdkantoor in Utrecht, waar hij inmiddels internationaal eindverantwoordelijk is voor alle supply chain finance-oplossingen die de bank haar klanten (en de toeleveranciers van die klanten) aanbiedt, met als bekendste vorm supply chain finance.
Wat waren uw ervaringen met supply chain finance bij Philips?
‘Philips was in Nederland een van de eerste partijen die supply chain finance in 2009 aan een aantal Philips- leveranciers aanboden; wel vanaf een bepaalde omvang, want als je het aan álle kleine leveranciers zou openstellen, wordt het voor een inkopende partij als Philips, met duizenden toeleveranciers, tamelijk inefficiënt en vrijwel onmogelijk. Het concept was overigens zeker niet nieuw, dertig jaar eerder deden ze dit in Spanje bijvoorbeeld ook al handmatig onder de noemer ‘confirming’; niettemin is supply chain finance nog steeds relatief weinig bekend onder Nederlandse bedrijven. Bij Philips werd het supply chain finance- programma een succes, zowel voor de leveranciers als voor Philips zelf. Ik moest daar vanuit treasury wel intensief voor samenwerken met de inkopers van Philips; zij moesten dit programma immers over de bühne brengen bij hun leveranciers.’
U zit nu bij Rabobank. Hoe werkt supply chain finance in praktijk?
‘Onze klanten bieden hun leveranciers de mogelijkheid om als ze willen vervroegd betaald te worden, via ons. Voor deze vervroegde betaling houden wij een marge in op het factuurbedrag. De hoogte van die marge wordt bepaald door het kredietprofiel van de afnemer en de resterende betalingstermijn. Zo’n marge is doorgaans lager dan de kapitaalkosten van de leverancier, waardoor je een win-win situatie creëert voor beide partijen in de keten. De afnemer betaalt het volledige factuurbedrag pas aan ons op de oorspronkelijke vervaldatum van de factuur, zonder extra kosten. Zo kan de afnemer een vervroegde betaling bieden aan de leverancier via de Rabobank zonder dat het ten koste gaat van haar eigen werkkapitaal. Andere voordelen? Deze service biedt transparantie en inzicht voor leveranciers in het factuurverwerkingsproces van afnemers en kan daardoor onder meer helpen de relatie tussen afnemer en leveranciers te verbeteren. En zeker zo belangrijk: je zorgt voor meer zekerheid in de gehele keten. Want als wij als bank de leveranciers snel hun factuur betalen, komt er voor hen meer betalingsgarantie en sneller werkkapitaal beschikbaar om te investeren. Dan moeten ze uiteraard wel de discipline hebben om dat ook daadwerkelijk te doen, en niet met dat geld direct naar de showroom van de autodealer rennen. Wij werken met een geautomatiseerd online platform waardoor handmatige afhandeling van documenten niet langer nodig is. Leveranciers van onze klanten kunnen zo hun cashflow beter plannen en hebben minder administratieve lasten.’
Hoe is supply chain finance georganiseerd?
‘Binnen de bank ben ik nu eindverantwoordelijk voor alle supply chain finance-oplossingen, waarmee we ons vooral richten op de ‘payables’, dus op de leveranciers c.q. crediteuren van onze klanten. We vallen onder de bredere afdeling asset based finance, die zich bezighoudt met alle gestructureerde werkkapitaal- oplossingen van Rabobank, die ook gericht zijn op de ‘receivables’, dus alles wat te maken heeft met de debiteuren van onze klanten. We werken internationaal waarbij we klanten kunnen volgen die nieuwe markten betreden; zoals Nederlandse agri- en foodklanten die naar landen gaan als Vietnam en Singapore. Zo worden we ook steeds actiever met supply chain finance in de VS en Brazilië. We hebben in al die landen lokaal collega’s zitten die onze klanten ter plekke bedienen; maar we proberen de uitvoering van supply chain finance wel zoveel mogelijk centraal te doen, hier vanuit Utrecht. Omdat we werken met een geautomatiseerd platform, werkt dat veel efficiënter. Zo houden we de kosten laag, en kunnen we onze klanten een scherpe prijs aanbieden.’
Internationaal opererende bedrijven werken vaak met verschillende betaaltermijnen. Hoe giet je dat in één enkele supply chain finance-oplossing?
‘Ik ken meerdere multinationals waar de betaaltermijnen per land en per sector inderdaad alle kanten opschieten. Simpelweg omdat je op dit punt grote lokale verschillen hebt. In Nederland betalen de meeste bedrijven keurig binnen zestig of negentig dagen en dat zien we ook terug in onze supply chain finance programma’s. In Azië varieert het vaak tussen honderdtwintig en honderdtachtig dagen. En in de VS zijn betaaltermijnen van driehonderdzestig dagen geen uitzondering. Helemaal gelijktrekken is dan lastig, maar je kunt er als afnemer wel naar streven die uiteenlopende betaaltermijnen meer te harmoniseren via een supply chain finance-programma.
Er is binnen grote bedrijven overigens ook een heel andere reden voor die uiteenlopende betaaltermijnen: voor treasury is sturen op werkkapitaal heel belangrijk. Vanuit die invalshoek is het harmoniseren van betaaltermijnen aantrekkelijk omdat je dan kunt beschikken over een stabiel werkkapitaal. Maar inkopers kunnen bij iedere klant een anders soortige deal sluiten; bijvoorbeeld niet betalen na de standaard negentig dagen, maar heel snel betalen, met een vroegbetaalkorting van drie procent. Het is de kunst om die commerciële vrijheid van de inkoop te combineren met een stabiele werkkapitaalpositie.’
Hoe zit het met de risico’s voor de bank, als een afnemer binnen een supply chain finance-programma onverhoopt failliet gaat?
‘Dat risico is niet onaanzienlijk als je je realiseert dat we als bank weinig zekerheden kunnen vragen in dergelijke programma’s, we beschouwen het in eerste instantie als ‘blanco’ financiering. Dat betekent dat je in een uitwinningsscenario helemaal achteraan staat als bank. We bieden deze financiële oplossing dan ook alleen aan kredietwaardige klanten aan. Overigens is het in Nederland voor zover mij bekend nog nooit gebeurd dat een afnemer die met een supply chain finance- programma werkt, failliet is gegaan. Het is bij mijn weten alleen een keer gebeurd in Mexico, met een bouwbedrijf.’
Maar waarom neemt u als bank dan toch zo’n risico, al is zo’n faillissement van een deelnemende klant tot op heden nog niet voorgekomen?
‘Supply chain finance is een hele mooie vorm van financiering, waarbij de kleine spelers in een keten profiteren van de kredietwaardigheid van de grote ketenpartners. Het helpt om een heel ecosysteem steviger te maken, en daar profiteren wij als bank indirect ook van. Wij hebben als bank ook een maatschappelijke rol en als wij kunnen helpen de keten te financieren, zoeken we altijd naar oplossingen om dat te kunnen doen.’
Bedrijven die cash over hebben, stallen dat niet meer bij de bank, want dan moeten ze er geld op toeleggen. Investeren ze dat nu vaker in de keten, bijvoorbeeld door facturen snel te betalen, tegen een bepaalde korting?
‘Als je dat doet, verspeel je de mogelijkheid van bijvoorbeeld andere investeringen of het inkopen van eigen aandelen. Je ziet wel het gebruik van ‘dynamic discounting’ toenemen: hierbij betalen afnemers een deel van de goedgekeurde facturen van hun leveranciers vroegtijdig met die overtollige cash, tegen een bepaalde korting. Ook op dit vlak vind je dan ook steeds meer geautomatiseerde platforms waarbij afnemers hun eigen kortingsprogramma voor vroegtijdige betaling inrichten, leveranciers uitnodigen om deel te nemen en korting ontvangen bij elke vroegtijdige betaling. Wij bieden dynamic discounting ook aan onze klanten aan, waarbij we het programma zonder enige impact voor leveranciers en klant om kunnen zetten naar een door de bank gefund supply chain finance programma.’
Je hoort steeds vaker dat de opkomst van de blockchaintechnologie de positie van traditionele ‘middlemen’, zoals banken, kan gaan bedreigen. Ziet u dat ook zo?
‘Nee. Maar de blockchain kan wel een aanvulling zijn op de dienstverlening van banken. Providers van blockchains zullen een deel van de markt opeisen, maar zullen vooral efficiëntie kunnen gaan realiseren, waardoor wij eerder in staat zijn een partij in de keten te financieren en onze kosten te verlagen.’
Participeert Rabobank in dergelijke initiatieven?
‘Het zijn zonder meer interessante ontwikkelingen. Wij hebben een afdeling fintech & innovatie die dit op de voet volgt en daar waar nodig in initieert of participeert. Er gebeurt nu zóveel dat je moet oppassen dat je niet alle kanten tegelijk opgaat en onverantwoorde risico’s neemt. Je moet als bank niet op ieder treintje springen dat langskomt. En dat geldt ook voor de meeste van onze klanten. Durf je als groot bedrijf deel te nemen aan een blockchaintechnologie of een bank onafhankelijk platform waar je bijvoorbeeld strategische informatie over betaaltermijnen en inkoopvolumes neerlegt? Ik merk dat veel bedrijven dan toch graag kiezen voor de betrouwbaarheid van een traditionele, misschien wat conservatieve grootbank.’
Welke ontwikkelingen verwacht u voor supply chain finance in de komende jaren?
‘Het zal absoluut veel bekender worden, maar in de kern niet of nauwelijks meer veranderen. Het zou mooi zijn als dit soort programma’s ook zouden worden uitgerold naar hele kleine toeleveranciers, of zelfs richting zzp’ers. Dat is voor afnemers nu nog veel te bewerkelijk, maar verbeterde technologie kan ons daarbij gaan helpen. Daarnaast verwacht ik een verdere diversificatie aan financiers in supply chain finance programma’s; denk daarbij aan pensioenfondsen, maar uiteindelijk ook aan particuliere investeerders.’
Dit interview is gehouden door Michiel Steeman, lector Supply Chain Finance aan Hogeschool Windesheim en oprichter van de Supply Chain Finance Community. Dit gesprek is gepubliceerd in Management Scope 05 2017