COVID-19: komt de economische klap in de herfst?
Auteur: Maria de Kleijn | 16-04-2020
De survey
In de eerste week van april, ruim twee weken nadat het openbare leven in Nederland grotendeels werd platgelegd, ondervroegen we lezers van Management Scope over hoe hun organisaties omgaan met de COVID-19-crisis. Binnen enkele dagen reageerden 48 organisaties uit diverse sectoren. Directeuren, partners en andere executives gaven een waardevolle inkijk in de gevolgen van de crisis en de maatregelen die ze nemen. Zij gaven daarnaast aan hoe zij zich voorbereiden op de tijd erna.
De kas raakt leeg, terwijl de werkdruk ongelijk verdeeld is
Bijna de helft van de deelnemers verwacht binnen zes maanden liquiditeitsproblemen. Dat geldt vooral voor bedrijven in de zakelijke dienstverlening (60 procent van de deelnemers uit de sectoren consultancy en executive search) en de industrie (70 procent). Slechts een enkeling verwacht een positief kaseffect door de crisis. Ongeveer 70 procent van de respondenten verwacht dat de omzet dit jaar zal dalen. 32 procent van de respondenten geeft aan dat een belangrijk deel van de fysieke activiteiten (winkels, fabriekshallen en logistiek) gedeeltelijk of helemaal gesloten is door COVID-19.
Is het dan stil in werkend Nederland? Nee. De groep respondenten die een toename van de werkdruk ervaart, is even groot als de groep die meldt dat werkdruk is afgenomen of dat er tot (gedeeltelijke) sluiting is overgegaan. Grote bedrijven ervaren eerder hogere werkdruk dan het midden- en kleinbedrijf (mkb).
Snel actie genomen, met of zonder crisisplan op de plank
Waren bedrijven voorbereid op een dergelijke crisis? Met name de grote bedrijven hadden crisisplannen klaarliggen (67 procent), en hun respondenten geven aan daar baat bij gehad te hebben (meer dan 90 procent). De meeste deelnemers uit het mkb signaleren dat ze ofwel geen plan klaar hadden liggen (63 procent), of dat het plan geen toegevoegde waarde had. Vooral de zakelijke dienstverlening valt op met weinig formele voorbereiding: 70 procent van de respondenten uit deze groep had geen crisisplan op de plank.
Er is ook snel gereageerd. Het is vrijwel alle organisaties die meegedaan hebben gelukt een zeer groot deel van hun kantoorwerk thuis te laten uitvoeren. Hele callcenters draaien vanuit keukentafels en zolderkamers. Opvallend daarbij is dat het nauwelijks uitmaakt hoeveel er voor de crisis al werd thuisgewerkt. Vanuit huis wordt er zowel meer intern digitaal samengewerkt, als extern met klanten. Respondenten ervaren daarbij dat het niet vanzelf gaat: 70 procent rapporteert dat de effectiviteit in meer of mindere mate achteruit is gegaan. Een enkeling zegt juist effectiever te zijn dan voorheen.
Na de crisis: digitaal ondernemen
De overgrote meerderheid van respondenten (meer dan 80 procent) bereidt zich al voor op de langere termijn. Twee op de drie deelnemende bedrijven heeft al kansen in de markt geïdentificeerd, en de helft neemt interne maatregelen. Daarbij verwachten de meesten dat digitaal een blijvertje is, zowel naar klanten toe (sales, samenwerking) als in de eigen bedrijfsvoering.
Of er ook een golf aan overnames aankomt, en of er grootscheepse wijzigingen in supply chains verwacht kunnen worden? Voor die vraag was het, zo kort na de inwerkingtreding van de intelligente lockdown, nog te vroeg. Wat we wel kunnen concluderen: er is al veel werk verzet, we zijn er nog lang niet, en het Nederlandse bedrijfsleven kijkt al volop vooruit – met de blik op de markt.
Ondertussen blijven we de ontwikkelingen nauw volgen. Een uitgebreider verslag volgt in de printeditie van Management Scope nummer 6.