Investeerders, regelgevers, beleggers en de politiek kunnen samen het tij keren

Investeerders, regelgevers, beleggers en de politiek kunnen samen het tij keren
De mens heeft het vermogen klimaatverandering te stoppen: de transitie naar een duurzame samenleving is een uitdaging van ons allemaal. Investeerders, regelgevers, beleggers én politiek moeten zich maximaal inspannen om de klimaatdoelstellingen van Parijs te halen, stelt Marc van Voorst tot Voorst, plaatsvervangend directeur van de Nederlandse Vereniging van Participatiemaatschappijen (NVP).

Wereldwijd groeit het bewustzijn dat klimaatverandering bloedserieus is. Dat de aarde in hoog tempo opwarmt door toedoen van de mens, werd recentelijk opnieuw aangetoond door IPCC, het klimaatpanel van de Verenigde Naties. Regeringsleiders spannen zich in de CO2-uitstoot te verminderen. Amerika en Europa hebben als ambitie gesteld per 2050 klimaatneutraal te zijn. China stelt hetzelfde doel voor 2060. De klimaatverandering bereikt een kantelpunt als de aarde met meer dan 1,5 graad opwarmt ten opzichte van 1850-1900. Hierna lijken processen onomkeerbaar en zullen delen van de ijskappen van de Zuidpool en Groenland definitief smelten.
Als we op dezelfde voet doorgaan, hebben we die grens over zo’n tien jaar bereikt. Als het gaat om rampen, heeft de coronapandemie ons geleerd hoe kwetsbaar we zijn. Een positieve les die we uit de pandemie kunnen trekken, is dat we hebben laten zien in staat te zijn grote problemen aan te pakken door rigoureus en snel te handelen – denk aan de lockdowns en de ontwikkeling van vaccins. Dat vermogen maakt dat we ook in staat zijn klimaatverandering aan te pakken. Daarbij wacht nog wel een extra uitdaging. Terwijl de negatieve impact van de pandemie direct zichtbaar was – er vielen veel slachtoffers, iedereen kon besmet raken met COVID – is de negatieve impact van het veranderende klimaat abstracter. Tussen oorzaak en gevolg van klimaatverandering zit een langere tijd. Deze zomer maakten overstromingen in Limburg, België en Duitsland echter duidelijk dat klimaatverandering geen ver-van-ons-bed-show is. Ook de bosbranden in Europa en Australië en de extreme hitte in Canada vormden een grote waarschuwing. 

Zelf aan de knoppen draaien
Om het tij te keren, zullen we anders moeten omgaan met onze aarde. Voor het bedrijfsleven betekent dit dat duurzaamheid geen keuze meer is, maar een absolute must. Daarbij geldt: hoe eerder een bedrijf stuurt op ESG-criteria (environmental, social & governance), hoe meer het zelf nog aan de knoppen kan draaien. Bedrijven – maar ook investeerders en pensioenfondsen – die niet of te laat acteren, zullen op termijn door nieuwe wet- en regelgeving gedwongen worden actie te ondernemen. Door nu vol in te zetten op duurzaam ondernemen, kan een bedrijf zich bovendien onderscheiden. Jongeren die nu afstuderen en op zoek zijn naar een baan, kiezen bewust voor een werkgever die aandacht besteedt aan duurzaamheid. Bedrijven die koploper zijn, trekken meer jong talent aan.
De Nederlandse Vereniging van Participatiemaatschappijen (NVP) zet het thema duurzaamheid op twee manieren op de agenda. Met webinars en artikelen creëert ons responsible investment committee bewustwording bij NVP-leden. Participatiemaatschappijen spelen immers een belangrijke rol bij de transitie naar een duurzame samenleving. Daarnaast faciliteren we kennisdeling via workshops en cursussen. Leden delen onderling toolboxen die helpen bij de implementatie van ESG binnen de organisatie.
Begin november 2021 kwam de wereld bijeen op de COP26 in Glasgow om te praten over de voortgang van de klimaatdoelstellingen van Parijs en te kijken waar extra actie nodig is om die doelstellingen te halen. Belangrijk bij het realiseren van klimaatdoelen is dat we beseffen dat ESG een uitdaging is van ons allemaal. Behalve investeerders zullen ook regelgevers, beleggers en politiek zich maximaal moeten inspannen om de (aangescherpte) klimaatdoelstellingen te halen en zo de aarde leefbaar te houden voor toekomstige generaties. De NVP doet daarom aan alle partijen een oproep.

Investeerder: agendeer ESG in de boardroom
Steeds meer participatiemaatschappijen hebben een duidelijk ESG-beleid. Zij staan hun portefeuillebedrijven met grote ambities bij en sturen gericht op het verwezenlijken van duurzame doelstellingen. Dit is een positieve ontwikkeling.
Op het niveau van het portefeuillebedrijf is duurzaamheid nog vaak een dossier van een manager binnen het bedrijf. Het zou echter een vast gespreksonderwerp moeten zijn tussen directie, raad van commissarissen en aandeelhouder. Maak een directielid hoofdelijk ESG-verantwoordelijk en laat hem of haar rapporteren over de voortgang. Stimuleer daarnaast dat andere directieleden ESG-trainingen volgen. Verder is het belangrijk dat ESG binnen de hele organisatie wordt uitgedragen. Dat is ook urgent: klimaatrisico’s kunnen serieuze financiële impact hebben op investeringen. Activiteiten zouden weleens (tijdelijk) beëindigd moeten worden, denk aan het niet kunnen bouwen vanwege het stikstofprobleem.
Nu steeds meer consumenten en bedrijven overtuigd raken van de noodzaak om te veranderen, waardoor de behoefte aan schaalbare oplossingen toeneemt, liggen er volop kansen voor investeerders. Financieel en maatschappelijk rendement gaan tegenwoordig hand in hand. Het is allang niet meer het één of het ander. Er zijn prachtige voorbeelden van bedrijven die met impact ondernemen én tegelijkertijd een gezond financieel resultaat boeken. Neem Fairphone, een bedrijf dat duurzame modulaire telefoons maakt en zo minder afval produceert.
Voor investeerders zijn de klimaatplannen van de Europese Unie de komende tijd belangrijk. Maar er zijn nog veel onduidelijkheden in de markt over hoe de regelgeving moet worden geïnterpreteerd. Dit zal de komende tijd moeten worden uitgewerkt.

Regelgever: houd het werkbaar
De belangrijkste boodschap aan de regelgever is: trek bij de uitwerking van de regels op met de sector en houd regelgeving werkbaar en behapbaar. Participatiemaatschappijen en bedrijven willen graag bijdragen aan een duurzamere wereld. Europese regelgeving is nodig om álle partijen mee te krijgen, maar het moet wel voor iedereen (ook kleine partijen) uitvoerbaar zijn. Zo bestaat er, na de inwerkingtreding per 10 maart 2021, nog steeds onduidelijkheid over belangrijke onderdelen van de Sustainable Finance Disclosure Regulation (SFDR), een verordening die beoogt beleggers beter te informeren over de effecten op duurzaamheid van hun belegde geld. Het is onder meer onduidelijk wanneer en voor welke investeerders welke rapportageverplichtingen gaan gelden. Ook de eind 2021 verwachte herziening van de Alternative Investment Fund Managers Directive (AIFMD), een geharmoniseerd Europees regelgevend kader voor alternatieve beleggingsinstellingen, zal mogelijk nieuwe ESG-verplichtingen met zich meebrengen. Die komen dan bovenop de al bestaande verplichtingen.
Participatiemaatschappijen dragen graag hun steentje bij in het behalen van de klimaatdoelstellingen. De Europese ambities liggen hoog en dat is positief, maar houd het praktisch voor de sector: verschaf zo snel mogelijk helderheid en zorg voor voldoende implementatietijd.

Beleggers: focus meer op venture capital
Ook beleggers als pensioenfondsen spelen een belangrijke rol. Onze boodschap aan hen is tweeledig. Allereerst: wil je impact maken, beleg dan in fondsen van participatiemaatschappijen. Zij zijn langetermijninvesteerders en kunnen door het unieke model snel en binnen hun hele portefeuille ESG-wijzigingen doorvoeren. Grote pensioenfondsen beleggen nu nog voornamelijk in private equity. Het zou goed zijn als zij meer in venture capital zouden beleggen. Venture capital-investeerders vormen belangrijke aanjagers van duurzame innovatie en kunnen voor pensioenfondsen zowel financieel als maatschappelijk rendement genereren.
Een tweede oproep aan beleggers is: focus op wat echt belangrijk is. Beleggers willen graag dat participatiemaatschappijen rapporteren over de investeringen die zij doen. Rapportages vormen voor beleggers een belangrijk instrument om te monitoren wat er met hun geld gebeurt. Het is echter zonde en onnodig dat een participatiemaatschappij dagen kwijt is met het beantwoorden van vragen die niet relevant zijn voor deze beleggingscategorie. Dat er steeds meer standaardisatie van rapportages plaatsvindt, is daarbij een goede ontwikkeling. Recentelijk nog werd het ESG Data Convergence Project gepresenteerd. Bij dit internationale initiatief waren onder meer het Nederlandse AlpInvest en de pensioenfondsen PGGM en APG betrokken. Met dit initiatief willen zij het verzamelen van ESG-data en het meten van ESG-effecten verder standaardiseren. Een grote stap voorwaarts is ook dat de Institutional Limited Partners Association (ILPA), de internationale belangenorganisatie voor beleggers in private equity, de huidige due diligence-vragenlijst zal uitbreiden met meer ESG-vragen. Zij gebruiken hiervoor de geüpdatete Limited Partners Private Equity Responsible Investment Due Diligence Questionnaire van de Principles for Responsible Investment (UN PRI).
Kortom, voor pensioenfondsen en andere beleggers bieden grote en kleine participatiemaatschappijen de mogelijkheid te beleggen in innovatie, voor de lange termijn (zeven tot tien jaar), met oog voor duurzaamheid én met goed rendement.

Politiek: kansen voor Nederland
Per 1 januari 2020 trad in Nederland de Klimaatwet in werking. Het doel van de wet is om te komen tot 49 procent minder CO2-uitstoot in 2030 ten opzichte van 1990: dat is cruciaal om de klimaatdoelstellingen van Parijs te halen. In Nederland moeten nog de nodige stappen worden gezet om dit te bereiken. Daarom is het goed dat er tijdens Prinsjesdag 6,8 miljard extra beschikbaar is gesteld voor klimaatmaatregelen. Het zou ook goed zijn als bij het maken van de plannen wordt ingezet op producten en bedrijven die ons in de transitie gaan helpen. Trek hierbij op met participatiemaatschappijen: zij vormen een deel van de oplossing.

Groen financieel centrum
Ook voor de BV Nederland liggen er grote kansen. Onze kennis rondom watermanagement is een belangrijk exportproduct geworden. Nederland heeft ook alles in huis om het groene financiële (kennis)centrum van Europa te worden. We hebben een sterke financiële sector, de Nederlandse pensioenfondsen behoren tot de grootste ter wereld en zijn wereldwijd aanjagers van ESG. De hoeveelheid impactinvesteerders neemt gestaag toe. Daarbij ontwikkelt het aantal adviseurs met kennis en expertise op het gebied van ESG zich razendsnel. Wat ook in het voordeel van Nederland werkt: anders dan in veel andere landen op het Europese continent, is Engels hier al de gangbare taal in de zakelijke omgeving.
Door steeds meer klimaatkennis op te bouwen, kan onze groene knowhow uitgroeien tot een belangrijk exportproduct van de toekomst. Nederland heeft het in zich om het groene financieel centrum van Europa te worden.

Met dank aan Dylan Perales van StartGreen Capital. Gepubliceerd in Management Scope 10 2021.

facebook