Blockchain: Technologie die draait op vertrouwen

Blockchain: Technologie die draait op vertrouwen
De blockchain een hype? Bepaald niet, zeggen deze drie deskundigen. De logistiek, de financiële wereld, de zorg: geen sector blijft onberoerd. De kansen zijn groot, maar veel organisaties hebben nog koudwatervrees.


De manier waarop financiële instituten zaken doen, gaat ingrijpend veranderen, voorspelde het World Economic Forum in augustus. In het rapport Future of Financial Infrastructure noemt de denktank de blockchain-technologie dé grote stimulans voor het versimpelen en het efficiënter maken van financiële dienstverlening.

De blockchain, die een centrale database vervangt door een netwerk van decentrale computers, zorgt ervoor dat partijen binnen een netwerk heel makkelijk transacties of andere waarden onderling kunnen uitwisselen. Snel, veilig en betrouwbaar. Een controlerende of faciliterende tussenpersoon is niet meer nodig. Voor banken betekent dat zonder meer code rood; zo voorspelde de Amerikaanse hoogleraar en blockchain-deskundige David Yermack onlangs in het FD dat over tien jaar de helft van de banken verdwenen is. Maar het potentieel en de reikwijdte van de blockchaintechnologie gaat veel verder dan alleen de financiële sector. Daarover zijn Johan Pouwelse, blockchain-expert aan de TU Delft, Marjan van der Plas, blockchain-specialist van ABN AMRO en Ben van Lier, hoogleraar en directeur Strategie & Innovatie van IT-bedrijf Centric het snel eens. Dat het gesprek plaatsvindt op de kamer van Pouwelse, temidden van zijn blockchain-collega’s en studenten, zouden we symbolisch kunnen noemen: binnen de TU Delft ging Pouwelse al in 2007 als eerste Nederlandse wetenschapper serieus met de blockchain-technologie aan het werk. Nu leidt hij Blockchain-lab.org, een onderzoeksgroep van zestien blockchain-specialisten, verreweg het grootste team op dit gebied in academisch Europa. Pouwelse stond aan de wieg van Tribler, een decentraal programmasysteem waarmee partijen bestanden direct met elkaar kunnen delen en dat niet door overheden of wie dan ook kan worden gesloten. Michiel Steeman, lector Supply Chain Finance aan de hogeschool Windesheim en oprichter van de Supply Chain Finance Community, leidt het gesprek.

De blockchain-technologie is de laatste maanden enorm in het nieuws. Is het een hype? Of meer dan dat?
Van Lier: ‘Iedereen heeft het nu inderdaad over de blockchain. Bij onze klanten begint het ook steeds meer te leven. Al die aandacht leidt tot een ideologische discussie: de blockchain staat volgens de voorstanders voor betrouwbaar, voor anders, open en transparant. Anderen benadrukken de eventuele schaduwzijden. Slechts weinigen, en daar is Johan er een van, doen de moeite om de fundamentele technologische principes achter de blockchain te begrijpen.’
Pouwelse: ‘We zitten nu in een hype-fase die mij sterk doet denken aan de ophef destijds over Second Life. Rond 2008 huurde de VN een aantal dure consultants in en ook de Zweedse ambassade begon in Second Life te bouwen… Al vrij snel daarna was Second Life helemaal verdwenen. Niettemin is de blockchain wel totaal anders. Het is nu nog vooral een label, we ervaren op dit moment de dynamiek van de hype. De echte doorbraak komt als we inzien hoeveel efficiency de blockchain binnen ketens kan brengen.’
Van der Plas: ‘Voor de meeste organisaties, die gewoon centraal georganiseerd zijn, leidt de blockchain tot een andere manier van kijken naar processen. Met deze slimme, decentrale software kun je bedrijfsprocessen opnieuw ontwerpen en inrichten. Veelbelovend. Wat dit betekent voor banken? Wij kijken naar allerlei processen – trade finance, hypotheken, risicomodellen, betaalverkeer... Ik noem alle aandacht voor de blockchain geen hype meer. De banken zijn er nu ook mee bezig. ABN AMRO sluit zich onder meer aan bij startende blockchain-bedrijven en -initiatieven. We werken bijvoorbeeld mee met Linux Hyperledger, een internationaal open-source platform voor een wereldwijde ontwikkeling en standaard voor blockchains. Met andere banken testen we diverse blockchain- technologieën en vormen van infrastructuur. We experimenteren met een betaalapp op basis van blockchain, onder supervisie van Betaalvereniging Nederland.’

De meeste mensen kennen de blockchain van de bitcoin. Die laatste is geen doorslaand succes. Wat zegt dat?
Van Lier: ‘De bitcoin gebruikt de blockchain als database voor onlinetransacties. Hij is inderdaad niet echt doorgebroken, al gaat er inmiddels wel voor meer dan tien miljard dollar in om. Het interessante van de bitcoin is dat je zonder banken zomaar valuta kunt creëren.’
Pouwelse: ‘De bitcoin zorgde voor veel rumoer. Logisch, want het is nogal wat als je, in deze tijd van verrechtsing, bestaande machtsstructuren kunt omzeilen. Dan kun je het kapitalisme in principe treffen in het hart. En dan heb je geen staat meer nodig. Tegelijk zitten er ook hele duistere kanten aan dat decentraliseren van systemen. Vorig jaar werd een jongen van 22 uit Woerden opgepakt omdat hij een van de grootste online drugssmokkelaars van Europa bleek te zijn. Hij liet zich uitbetalen in bitcoins en verdiende miljoenen dollars. De kunst is om het vertrouwen, waar een gedecentraliseerde technologie als de blockchain als het ware op draait, in te kunnen zetten voor het maatschappelijk nut.’
Van der Plas: ‘De bitcoin heeft wel veel bijgedragen aan de blockchain-technologie. Het was in feite de technologie achter het bitcoinnetwerk die mensen aan het denken heeft gezet en heeft geleid tot de huidige ontwikkelingen in blockchain. Daarvoor was er alleen een klein aantal experts mee bezig, zoals hier bij de TU Delft. Je kunt bitcoin daarmee de ‘moeder aller blockchains’ noemen.’

De onderliggende belofte van de blockchain is dat je er alles decentraal mee kunt organiseren. Dat zet dan toch álles onder druk wat centraal georganiseerd is?
Van Lier: ‘Dat vind ik te hyperig geformuleerd. Heel veel zaken en uitkomsten weten we gewoon nog niet.’
Van der Plas: ‘Het stadium van de centrale database zijn we nog lang niet gepasseerd. We hebben daar tientallen jaren ervaring mee als maatschappij, dus waarom geheel overboord zetten? Het gaat om relevantie.’
Pouwelse: ‘Met dit onderwerp is mijn vakgroep al zeker vijftig jaar bezig. Als je decentrale of parallelle structuren of algoritmes wilt invoeren, heb je al snel tien keer zo veel ingenieurs nodig als bij een centrale aansturing. Dus dan moet je wel beschikken over een behoorlijk innovatiebudget. Daar tegenover staat het risico van het single point of failure, wat allang onderkend wordt door grote bedrijven als Amazon, Google en Netflix: werk je met een centraal systeem waarbij één computer of webserver de centrale baas is, dan kan het hele systeem plat gaan als er ergens een fout optreedt.’

Wanneer en in welke sector verwachten jullie een eventuele doorbraak van de blockchain?
Pouwelse: ‘Ik denk in de logistieke sector. Daar wordt nu nog erg veel handmatig gedaan, denk aan medewerkers die in de backoffice facturen zitten over te tikken. Het afhandelen van een factuur kost in de logistiek gemiddeld 50 euro. Als je dat meer automatiseert of via raamcontracten laat verlopen, dan kun je een logistieke waardeketen direct enorm versimpelen. Dat is enorm disruptief, denk alleen al aan het banenverlies als gevolg daarvan.’
Van Lier: ‘De logistieke sector in Nederland loopt inderdaad achter met de digitalisering. Terwijl er zoveel staat te gebeuren: vrachtwagens die autonoom rondrijden en bijvoorbeeld verbonden zijn met een geautomatiseerde terminal op de Tweede Maasvlakte. Apparaten die onderling de vrachtafhandeling regelen, een internet of things, maar dan aan productiezijde. We staan aan de vooravond van de vierde industriële revolutie waar technologie en robotisering veel taken van mensen gaan overnemen. In de logistiek zie ik in Nederland overigens wel enorm verschillen. Je hebt de grote diensverleners, goed voor zo’n 40 procent van de markt, met eigen IT-afdelingen die toepassingen van digitalisering kunnen onderzoeken. De kleine mkb-bedrijven, die 60 procent van de markt bestrijken, zijn hier nog totaal niet mee bezig.’
Van der Plas: ‘Naast de logistieke sector, waar eigenlijk niet? Ik zie bijvoorbeeld kansen voor de circulaire economie: via de blockchain zou je grondstoffen en componenten kunnen labelen en volgen binnen een keten. Dat vergemakkelijkt de vaststelling van herkomst en hergebruik. Ook de zorgsector kan profiteren van de blockchaintechnologie. Voor banken kunnen dit soort fundamentele veranderingen vanuit elke sector op onze drempel komen. In feite maakt een financiële overeenkomst deel uit van bijna elke waardeketen.’
Van Lier: ‘Inderdaad. Wij maken vanuit Centric onder meer ICT-oplossingen voor de thuiszorg, waar veel gaat veranderen. Er komen steeds meer ouderen, die langer thuis blijven wonen. Straks hebben deze groep mensen een aantal sensoren in de woning die makkelijk communiceren met de buitenwereld, denk aan ziekenhuizen, zorgverleners en mantelzorgers. Punt van aandacht is een veilige overdracht van privacygevoelige data en het bieden van het juiste data-overzicht aan de juiste personen.’
Van der Plas: ‘Vergeet ook niet het grote aantal spelers dat bij een internationale transactie betrokken is. Stel, je importeert speelgoed uit China. Dan krijg je te maken met een Chinese producent, een logistieke dienstverlener in China, een verzekeraar, de douanes, de banken van de exporteur en de importeur, buitenlandse en Nederlandse vervoersbedrijven, et cetera. Al die partijen hebben hun eigen logistieke systeem. En communiceren zelfs soms nog via faxberichten of WeTransfer-bestanden met elkaar. Als deze partijen op één gedeeld logistiek systeem gaan werken dan zijn grote efficiencywinsten en kostenbesparingen mogelijk. Maar zie ze allemaal maar eens daar te krijgen. Idem als je consensus wil bereiken voor gezamenlijk werken vanuit een blockchain. Co-creatie en samenwerking zijn dus van doorslaggevend belang.’

Is er een risico dat een land of groot bedrijf de blockchain claimt en daarmee een (te) dominante positie krijgt?
Van Lier: ‘Zeker. Topman Jack Ma van Alibaba heeft gezegd dat hij voor China een blockchain wil realiseren om daarmee het goede doelen-beleid binnen China te bevorderen. Dat klinkt heel nobel, maar als die blockchain er eenmaal is, zal hij die ook commercieel willen gebruiken. Alibaba wordt gesteund door de Chinese overheid en is nu al twee keer zo groot als Amazon, dus de potentie mag je niet onderschatten. Na een jaarlijks shopevenement bezorgt Alibaba de volgende dag probleemloos voor 14,3 miljard dollar aan spullen bij hun klanten. Op logistiek terrein zijn ze dus al heel ver. En juist in de logistiek is de blockchain veelbelovend.’
Pouwelse: ‘En dat kan betekenen dat China wereldwijd als eerste met een blockchain-standaard komt die het wereldwijd kan opleggen. Terwijl ze in Amerika dromen van een leven op Mars, pakt China dan gewoon het initiatief. Winner takes all.’
Van der Plas: ‘Ik geloof niet in één enkele blockchain-standaard. Er is al een enorme diversiteit aan spelers en je ziet nu bijvoorbeeld al de scheiding tussen open en gesloten blockchain- netwerken ontstaan. De open netwerken zijn de meest pure waarin men sterk uitgaat van ingebouwd wederzijds vertrouwen; in een gesloten, privaat netwerk hoeven deelnemende partijen niet alle informatie te delen, zoals vertrouwelijke transacties of gegevens van hun klanten. Er zullen diverse uitingsvormen komen, ieder met een andere manier van organiseren, maar die wel interoperabel met elkaar zullen moeten zijn.’
Pouwelse: ‘De zwaar disruptieve elementen zitten vooral in de open netwerken. En juist die vinden veel ondernemingen veel te eng. Ze hebben op dat punt last van koudwatervrees. Ik ben bang dat we in de toekomst de elegante, disruptieve elementen van de blockchain elimineren. En dat we overhouden dat bedrijven in een gesloten blockchain informatie met elkaar uitwisselen, wat ze veel minder bedreigend vinden. Vanuit de wetenschap ben ik uiteraard voorstander van de zuivere vorm van de open blockchain, waarin niemand de baas is.’

Een aantal grote banken, waaronder ook ABN AMRO, heeft zich verenigd in het samenwerkingsverband ‘R3’, om te onderzoeken of ze samen een gesloten blockchainsysteem kunnen lanceren.
Pouwelse: ‘De big boys dreigen de bankensector te gaan domineren en topdown een allesbepalende standaard neer te zetten. Ja, dat kan neigen naar kartelvorming.’
Van der Plas: ‘Je moet het R3-initiatief zien als een startup. Het gaat om ruim zeventig financiële instellingen die samenwerken met elkaar en met technologiebedrijven, waaronder Microsoft. Vanuit een ambitie om de financiële infrastructuur te vernieuwen op basis van nieuwe technologieën.’

Zodat niet de helft van de banken verdwijnt, zoals voorspeld?
Van der Plas: ‘Op zich zou R3 dat niet kunnen tegenhouden, lijkt mij. In plaats van een kartel, zou je het ook een unieke en interessante samenwerking kunnen noemen, dat zoveel partijen samen willen onderzoeken hoe ze de infrastructuur in hun sector kunnen vernieuwen.’
Van Lier: ‘Wat betreft concurrentie denk ik dat banken als ABN AMRO niet naar de traditionele concurrenten moeten kijken, maar naar nieuwe spelers als Amazon, Google en Microsoft. Ik weet zeker dat de laatste twee al een bankvergunning hebben, ook voor West-Europa.’
Van der Plas: ‘Helemaal mee eens. Sterker nog, die zijn hier al mee bezig.’
Van Lier: ‘Ik denk dat het goed is dat banken zelf de mogelijkheden van de blockchain onderzoeken. In de VS en China lopen ze voorop wat betreft artificiële intelligentie. Dus West-Europese banken moeten wel zorgen dat ze bijblijven. Daarom vind ik het goed dat ook vanuit de wetenschap, zoals hier binnen de TU Delft, weerwoord kan worden geleverd aan commerciële partijen die straks van alles over de burgers heen kunnen storten.’
Van der Plas: ‘Deze ontwikkelingen zijn voor ons als bank ook totaal nieuw. ABN AMRO is niet voor niets een samenwerking aangegaan met de TU Delft, we onderstrepen als bank het belang van fundamenteel onderzoek naar deze technologie. Wij zoeken op dat gebied nadrukkelijk de samenwerking, zodat je samen kunt leren door het te doen.’

Michiel Steeman is lector Supply Chain Finance aan Hogeschool Windesheim en oprichter van de Supply Chain Finance Community.

Deze rondetafeldiscussie is gepubliceerd in Management Scope 09 2016.

facebook