Joris Vanvinckenroye: ‘Onze helikopterview helpt bij verzuimaanpak’
17-06-2024 | Interviewer: Stefan Duran | Auteur: Henk Vlaming | Beeld: Maartje Geels
Als Joris Vanvinckenroye energiek binnenloopt bij elipsLife in Hoofddorp is aan niets te zien dat artsen vroeger dachten dat hij nooit op beide benen zou kunnen lopen. Hij werd geboren met een zware voetafwijking en te dun onderbeen als gevolg van vaatproblemen. De enige oplossing zou amputatie zijn. ‘Maar gelukkig vroegen mijn ouders in Parijs een second opinion aan en daardoor kon de amputatie voorkomen worden’, zegt Vanvinckenroye. ‘Daarmee heeft mijn leven een heel andere wending gekregen.’
Hij vertelt dit verhaal regelmatig, om aan te geven hoe groot het belang is van second opinions in de zorg. Van second opinions heeft hij zijn vak gemaakt, die hij organiseert voor patiënten en steeds vaker ook werkgevers en waarbij hij samenwerkt met verzekeraars en zorgaanbieders. Een kwart eeuw geleden richtte hij hiervoor zijn bedrijf Royal Doctors op. ‘In Europa is Royal Doctors het grootste bedrijf voor second opinions’, zegt hij. ‘De impact die de second opinion op mij heeft gehad, geeft me kracht.’
Als specialist in de second opinion van buiten de zorg is er steeds meer belangstelling voor zijn kennis van en visie op het belang van de second opinion. Dit jaar is Vanvinckenroye spreker op zowel de Life and Health Insurance Summit in Amsterdam als op het Digital Health World Congress 2024 in Londen. Op 13 juni is hij spreker op de elipsLife Summit 2024 - We Care about well-being, waar het welbevinden van werknemers centraal staat. In aanloop daarnaartoe spreekt hij met Stefan Duran, head business development van verzekeraar elipsLife en organisator van het event.
Wat moeten we precies verstaan onder een second opinion?
‘Een second opinion is een onafhankelijke mening vragen aan een andere arts dan de eigen arts. Het gaat daarbij om drie vragen: is de diagnose correct, klopt het behandelplan, zijn er andere opties voor een behandeling? De second opinion was vroeger niet zo gebruikelijk, een taboe bijna. Maar tegenwoordig hebben patiënten toegang tot veel informatie, ze worden kritischer en durven vaker hun twijfel te uiten. Studies tonen aan dat één op negen patiënten op zoek gaat naar een second opinion. Wereldwijd groeit de markt van de second opinions met bijna 20 procent per jaar.’
Hoe effectief is het aanvragen van een second opinion?
‘Er zijn ongeveer 200 relevante studies over dit onderwerp verschenen de laatste tien jaar. Dat wijst uit dat van bij 25 van elke 100 patiënten geen diagnose is gesteld of dat sprake is van een foute diagnose, waardoor een adequaat behandelplan ontbreekt. Ruim een derde, 36 procent, heeft wel een juiste diagnose, maar de behandeling zou moeten worden bijgestuurd voor een goed resultaat. Slechts in 42 procent van de gevallen is er sprake van een goede diagnose en een adequaat behandelplan.’
Wat zijn hiervan de gevolgen voor de zorg?
‘Dat dit leidt tot overconsumptie en onderconsumptie in de zorg, met grote gevolgen voor het zorgbudget. Het duurt twee tot drie maanden voordat een patiënt bij een andere arts terecht kan voor een second opinion-consult. Artsen zitten niet te wachten op dit soort patiënten. Vaak volgen er nog extra onderzoeken en gemiddeld ook twee extra consultaties. Dan ben je zes maanden verder, waardoor ook de behandeling zes maanden later van start gaat. Patiënten die op zoek gaan naar een second opinion consumeren soms wel vier extra consultaties, om nog te zwijgen over patiënten die op zoek gaan naar een derde, vierde en vijfde opinie. Dit is een doos van Pandora.’
Hoe kan dit gebeuren, terwijl de kwaliteit van de zorg op zo’n hoog niveau staat?
‘De geneeskunde is steeds specialistischer geworden, maar daardoor ook gedifferentieerder. Alleen al in de cardiologie zijn er tientallen specialisaties, van kleppen tot kransslagaders. Het niveau is ongekend hoog, maar met zoveel specialisaties kan soms een keuze worden gemaakt die bij nader inzien wellicht anders had gemoeten. Dan is het niet zo gemakkelijk om daar op dat moment anders naar te gaan kijken. Daarvoor zijn er second opinions en daar spelen wij een rol omdat het ons werk is. Dat betekent niet dat de zorg niet goed is, want die is juist uitstekend.’
U bent al heel lang ondernemer in de zorgwereld. Hoe kijkt u aan tegen het Nederlandse zorgstelsel in vergelijking met andere landen?
‘De rol van de huisarts is heel goed in de Nederlandse zorg, de huisarts staat centraal in de coördinatie van de zorg en beslist of de patiënt toegang krijgt tot extra onderzoeken en specialistische zorg. Ik vind dit een heel goed principe, op voorwaarde dat de huisartsen voldoende tijd en budget hebben om deze taak naar behoren uit te voeren.
Wat mij ook opvalt, is de doorgedreven marktwerking tussen zorgverzekeraars en zorgverstrekkers. Nederlandse zorgverzekeraars hebben zorginkopers die uiteindelijk gaan bepalen hoeveel zorg er geleverd mag worden door bepaalde centra en tegen welke prijs. We moeten er geen doekjes om winden: dit zijn vaak strategische onderhandelingen met zeer diverse belangen.’
Betekent dit dat het zorgstelsel toe is aan verandering?
‘Nee, want het is geen slecht stelsel. De Nederlandse tweedeling in een basispakket en een pakket voor vrijwillige verzekering maakt mensen bewust van de prijs van de zorg. Maar als zorgconsument wil je idealiter voor alles verzekerd zijn. Niemand wil het risico lopen zelf te moeten betalen voor een behandeling. We willen voorkomen dat mensen zich niet verzekeren omdat ze een smalle beurs hebben. De prijs van niet verzekeren is lager dan die van ziek worden en arbeidsongeschikt zijn. We moeten proberen om een solidaire reflex in te bouwen, zodat niemand buiten de boot valt.’
Zit die solidaire reflex al niet in de basisverzekering?
‘Die kan soms nog iets evenwichtiger, bijvoorbeeld door fysiotherapie onderdeel te maken van het basispakket. De schade van thuis zitten is vele malen groter dan die paar tientjes voor de aanvullende verzekering die een werknemer niet kan of wil betalen. Lage rugklachten vormen een van de meest voorkomende oorzaken van verzuim. Als werknemers niet geholpen worden, komt de rekening bij de werkgever terecht.’
Als iedereen van alle zorg gebruik kan maken, neemt de druk op de zorg dan niet nog meer toe?
‘Nee, want daarvoor is er de regulering via de poortwachtersfunctie van de huisarts. Als die er niet zou zijn, rijzen de kosten inderdaad de pan uit en de wachttijden zouden nog sterker oplopen. Toch is het wel belangrijk dat iedereen de juiste toegang neemt tot de zorg. Dagelijks hoor ik dat we niet mogen medicaliseren, maar dat is onzin. Als er medische klachten zijn, dan moeten ze aangepakt worden. Fysieke klachten zijn nog steeds de oorzaak van 65 procent van het ziekteverzuim. Ze worden veel te lang genegeerd en er is ook geen actief beleid bij bedrijven om werknemers aan te moedigen om met hun fysieke problemen aan de slag te gaan. Terwijl een medisch probleem dat je meteen aanpakt, makkelijker is om op te lossen. We praten altijd maar over het voorkomen van medische problemen, maar wat doen we als die medische problemen er plots toch zijn? Ik pleit voor kort op de bal spelen. Dat is enorm goed voor het aanpakken van kort en lang verzuim.’
Gaan de wachtlijsten dat niet nog verder toenemen?
‘Heus niet iedereen zal morgen naar de dokter lopen. Maar stel dat er een piek komt, dan zou die tijdelijk zijn. Laten we niet vergeten dat het gaat om verzuim en de prijs daarvan en de impact op productiviteit loopt in de miljarden.’
Hoe kunnen werkgevers hun medewerkers toch helpen?
‘Ze zijn zich steeds meer gaan bezighouden met de gezondheid van medewerkers. Tien jaar geleden ging dat nog over fruitmanden en yogasessies, initiatieven in de sfeer van well-being. Men kon gaan wandelen en sporten, veel leuke initiatieven. Naast fysieke problemen staan ook de mentale aandoeningen steeds meer in de spotlights. Tegenover 70 fysieke klachten staan 30 mentale aandoeningen. Er is aandacht gekomen voor belastbaarheid en de balans tussen werk en privé. Mentale aandoeningen ontstaan door werklast. Bespreek dat probleem tijdig, want dan zijn tijdige aanpassingen mogelijk. Werknemers moeten een baan zoeken die bij hen past, anders lopen ze vroeg of laat tegen gezondheidsproblemen aan. Vroegtijdige detectie van gezondheidsproblemen kan ook betekenen dat je een andere baan zoekt. Dat is beter dan thuiszitten met een burn-out.’
Welke taak is er voor de arbodienst?
‘Die is drieledig en wettelijk vastgelegd. De arbodienst is er voor het optimaliseren van de arbeidsomstandigheden, daarnaast voor het preventief medisch onderzoek voor werknemers en in de derde plaats de begeleiding van de re-integratie. En vergeet niet dat de arbodienst ook een belangrijke administratieve taak vervult bij verzuim. We worden vaak ingeschakeld door arbodiensten om te kijken of er in bepaalde dossiers nog een medische oplossing bestaat. We zien dat er in 30 procent van de verzuimdossiers nog medische mogelijkheden zijn en dat we dus adviseren om te repareren in plaats van te re-integreren. Heel veel mogelijkheden blijven onbenut en patiënten zijn zich niet bewust van de extra mogelijkheden op behandeling die ze nog hebben. Alleen daarom al is de second opinion zo belangrijk.’
Welke rol speelt Royal Doctors bij het bevorderen van gezondheid op het werk?
‘Iedereen kan een second opinion aanvragen, dat kan gewoon vanuit de basiszorg. Je vraagt een doorverwijzing naar een andere arts en je kan aan de slag. Wat wij bieden met Royal Doctors is een digitale service. De patiënt gaat niet naar een ander ziekenhuis en vermijdt daardoor kostbare en tijdrovende consultaties. Een second opinion op afstand werkt perfect. De grootste zorgverzekeraar van Nederland was onze eerste klant en we hebben duizenden dossiers ervaring opgebouwd in Nederland. De klanttevredenheid is 60 procent.’
Hoe werkt dit precies?
‘Een verpleegkundige doet een telefonische intake en stuurt de patiënt een digitale vragenlijst die helpt om een goed beeld te krijgen van de patiënt. Met een machtiging van de patiënt vragen wij vanuit Royal Doctors het medisch dossier. De tweede stap is het selecteren van een arts uit ons netwerk die dit dossier het best kan beoordelen. Die geeft een opinie over de diagnose en het behandelplan. Alle vragen van de patiënt worden daarbij beantwoord in ons second opinion-rapport.’
Maar dan moet de patiënt toch nog steeds aansluiten achter in de rij?
‘Er is belangrijke tijdwinst behaald. Als het medisch dossier volledig is, duurt het maximaal tien dagen voor de patiënt het second opinion-rapport ontvangt. Met andere vooruitzichten en nieuwe opties bespreekt de patiënt de uitslag van de second opinion met de eigen arts over welke behandeling uiteindelijk opgestart wordt.’
Hoe kan het dat Royal Doctors oplossingen ziet die anderen over het hoofd ziet?
‘Wij kijken met een helikopterview naar medische dossiers, waarbij we nog eens alle gemaakte stappen doornemen. Zijn de juiste stappen genomen met de kennis van nu, zijn er procedures overgeslagen, is er informatie gemist? Hebben patiënten de hoop op herstel opgegeven, maar willen ze er nog een keer de schouders onder zetten? Dan zie je vaak dat ergens in dat traject een andere route nog mogelijk is.’
Vroeger konden werkgevers collectief zorg inkopen voor een basispakket en aanvullende verzekering. Moet dat weer kunnen?
‘Collectieve inkoop van zorgverzekeringen via werkgevers heeft voordelen. Werkgevers worden steeds vaker aangesproken als er zaken in de zorg niet lopen. Werknemers verwachten dat hun werkgever het probleem oplost. Tien jaar geleden keek iedereen daarvoor naar de zorgverzekeraar, het was een taboe dat werkgevers zich daarmee zouden bemoeiden. Nu is er het inzicht dat werkgevers de werknemers moeten helpen om werk te doen waar ze energie van krijgen zodat ze gezond blijven. Mijn levensmotto: doe de dingen waar je passie en drive voor voelt. Dit geeft energie, maakt blij en draagt bij aan een betere wereld.’
Dit artikel is voor het laatst aangepast op 17-06-2024