Kees-Jan Rameau over Eneco's corporate venturing

'Onze medewerkers fungeren als scouts'

Kees-Jan Rameau in gesprek met Saskia Laseur

Kees-Jan Rameau over Eneco's corporate venturing
Eneco investeert in startups en scale-ups die actief zijn op een domein dat strategisch relevant is voor de energieleverancier. Chief strategic growth officer Kees-Jan Rameau, verantwoordelijk voor venturing, heeft inmiddels met een eerste generatie ventures de hele cyclus doorlopen. ‘Of we met elkaar doorgaan, is niet alleen in cijfers te vangen. Het is ook een kwestie van strategic fit en van gevoel.’

Duurzaamheid en liefde voor de natuur vormen de rode draad in het leven van Kees-Jan Rameau. Hij groeide op in Den Helder en Wassenaar, waar hij verknocht raakte aan de Noordzee. Lange tijd woonde Rameau in België, maar verhuisde enkele jaren geleden naar Den Haag, terug naar de kust. Regelmatig waait de Eneco-bestuurder uit op het strand, in de duinen of in het Haagse Bos. Een keer per jaar pakt Rameau het serieus aan. Dan gaat hij mee op trail met de Foundation for Natural Leadership. Samen met een gids en andere bestuurders trekt hij een week lang door de bush. Botswana, Kenia, Rwanda, Marokko en Noorwegen stonden tot dusver op het programma. ‘Op pad zonder telefoon, zonder internet, met enkel een rugzak: het is fantastisch wat zo’n week in de natuur met je doet. Na zo’n trip zie ik alles scherper. Ik kom altijd terug met een heldere geest.’
Diezelfde natuur baart hem door klimaatverandering ook grote zorgen. Rameau prijst zichzelf daarom gelukkig dat hij vanuit de bestuurskamer bij Eneco een bijdrage kan leveren aan de energietransitie. Zijn maatschappelijke betrokkenheid uit zich niet alleen in zijn dagelijkse werk, maar komt ook terug in zijn nevenfuncties. Zo zal hij Saskia Laseur, managing partner en notaris bij advocatenkantoor Van Doorne, tijdens een mooi gesprek ook vertellen over de ambities van Stichting De Noordzee, waarvan hij bestuurslid is. Het is een onderwerp waarop beide gesprekspartners elkaar vinden: Laseur werd geboren op Texel en deelt Rameaus passie voor de natuur en de zee.

Rameau werkt ruim 17 jaar bij energiebedrijf Eneco, sinds 2017 als chief strategic growth officer. In deze rol is hij onder meer verantwoordelijk voor venturing: samenwerking met startups en scale-ups. Eneco is een pionier; al in 2012 zette het energiebedrijf in op venturing om samen te innoveren en zo de samenleving te verduurzamen. Tot de verbeelding spreekt de slimme thermostaat Toon, die door startup Quby werd ontwikkeld. Na een vruchtbare samenwerking nam Eneco het jonge bedrijf over en maakte Toon tot een succes.

Hoe verloopt het samenwerkingsproces met ventures?
‘Als we grote potentie zien in een bedrijf, verwerven we een minderheidsaandeel in de onderneming. We helpen het bedrijf groeien. Gedurende die periode beoordelen we of de venture succesvol is en potentieel bij Eneco past. Als dat zo is, kunnen we besluiten om een bieding te doen en het in zijn geheel te kopen. Soms heeft een product of dienst wel potentie, maar blijkt dat het toch minder bij onze strategie past, of dat een commercieel partnership zonder aandeelhouderschap voldoende is. In dat geval verkopen we op enig moment ons aandeel. Daarnaast zijn er ook initiatieven die de eindstreep niet halen. We zijn inmiddels zover dat we met de eerste generatie ventures, zo’n tien bedrijven, de hele cyclus hebben doorlopen. Van een aantal zijn we volledig eigenaar geworden. Maar we leerden net zo goed van bedrijven die we weer verkochten.’

Welke criteria hanteert Eneco bij de beoordeling of er afscheid genomen moet worden van een venture?
‘De afweging is niet alleen in cijfers te vangen. Het is ook een kwestie van strategic fit en van gevoel. We investeren in bedrijven die bezig zijn op een domein waar we zelf nog niet actief zijn, maar waarvan we verwachten dat het in de nabije toekomst relevant voor onze strategie zal worden. Het streven is om met enkele miljoenen euro’s per investering versneld inzicht te verwerven en partnerships te versterken. Het moment waarop een venture nieuwe financiering nodig heeft of het hele bedrijf te koop wordt gezet, is een natuurlijk moment om te evalueren.’

Op welk domein werkt Eneco Ventures samen met techbedrijven?
‘De focus lag de afgelopen tijd vooral op het snijvlak van digitalisering en duurzame elektriciteit. Zo zochten we samenwerking met bedrijven die technologische oplossingen hebben voor het op afstand aansturen van energiestromen. Eneco beschikt over grote zon- en windparken en energiecentrales. Daarnaast komen er steeds meer “virtuele energiecentrales”: consumenten en bedrijven zijn immers steeds vaker niet alleen afnemer maar ook energieproducent omdat ze zelf duurzame energie opwekken met bijvoorbeeld zonnepanelen. Met slimme technologie willen we zowel aanbod als vraag van deze klanten op afstand aansturen als een virtuele centrale vanaf onze handelsvloer. Dat is nodig. Het aanbod van duurzame energie fluctueert, er is niet altijd wind en zon. We kunnen de vraag naar energie echter stimuleren of afremmen en verschuiven in tijd met slimme technologieën. Zo brengen we vraag en aanbod op elk moment in evenwicht.
Om een voorbeeld te geven: eigenaren van een elektrische auto steken de stekker meestal bij thuiskomst van het werk in de laadpaal. Dat leidt tot een enorme vraagpiek in het begin van de avond. Dankzij samenwerking met diverse startups beschikt Eneco over technologie die slim inspeelt op vraag en aanbod. De autobezitter geeft via zijn telefoon aan wanneer zijn auto opgeladen moet zijn, de technologie bepaalt met voorspellingen van onze handelsvloer op welk moment de groene stroom het best kan worden afgenomen. Bijvoorbeeld niet direct bij thuiskomst, maar later in de nacht als het hard gaat waaien. De elektriciteitsprijs is dan ook lager door de windenergie. We zijn op zoek naar businessmodellen die met hun technologie aansluiten op onze virtuele centrale en aanvullende diensten bieden.’

Op welke klanten richt u zich daarbij?
‘Zowel op particulieren als op zakelijke klanten. Neem boerenbedrijven: vele daarvan zijn aangesloten op deze virtuele energiecentrale – deze ondernemers hebben zonnepanelen op de daken en beschikken over biovergisters. Het is in hun voordeel als ze de energieproductie via internet aansluiten op onze virtuele centrale. Als Eneco verwacht dat de vraag naar stroom laag zal zijn en het aanbod hoog, zorgen we er op afstand voor dat de zonnepanelen afschakelen. Zo voorkomen we dat de agrarische ondernemer zou moeten bijbetalen voor de energieproductie omdat de elektriciteitsprijs negatief wordt. Het virtueel handelen met energiestromen is een win-winsituatie voor zowel klant als afnemer. Hetzelfde kunnen we ook doen voor bedrijven met industriële warmtepompen of e-boilers.’

Hoe verloopt de zoektocht naar geschikte techbedrijven?
‘De medewerkers van ons Eneco ventures team fungeren zelf als scouts, die actief techbeurzen en congressen bezoeken. Daarnaast zijn er intensieve contacten met incubators van universiteiten, zoals bijvoorbeeld YES!Delft. Omdat we bekend zijn in het ecosysteem van startups worden we regelmatig gewezen op interessante nieuwe activiteiten. Uiteindelijk willen veel techbedrijven graag in contact komen met corporates zoals Eneco. Het probleem van jonge techbedrijven is dat ze over een slim technologisch product beschikken, maar nog geen brede geloofwaardigheid en naamsbekendheid hebben opgebouwd. Door samenwerking met Eneco krijgen de ventures toegang tot een groot klantenbestand. Het is de kans om hun product te vermarkten.’

In hoeverre behouden startups en scale-ups hun autonomie?
‘We nemen bewust een minderheidsaandeel, zodat ventures hun snelheid behouden. Je moet deze bedrijven niet te veel vertragen met corporate randvoorwaarden en compliance-regels. Daarnaast willen we niet dat ze in een vroeg stadium te afhankelijk van ons worden, we willen dat ze ook andere klanten hebben. De partners moeten hun eigenheid behouden en hun groeidoelstellingen en milestones realiseren.
Tegelijkertijd moet er wel enige regie zijn. Vanuit Eneco wordt de venture altijd bijgestaan door één business-sponsor vanuit een van onze businessunits. De vaste contactpersoon vanuit ventures denkt mee over het management of nieuwe investeringen. Deze “business sponsor” begeleidt het techbedrijf door kennis en inbreng, en er is ook sprake van begeleiding als de nieuwe technologie wordt ingezet bij Eneco-klanten. Dat laatste gebeurt volgens strikte protocollen. We doen geen concessies op veiligheid van onze medewerkers, klanten en systemen.’

Waterstof zal een belangrijke rol spelen in ons toekomstig energiesysteem, hoe innoveert Eneco op dit thema?
‘We voorzien een belangrijke rol voor waterstof. Deze innovatie gebeurt momenteel niet vanuit ventures, maar vindt plaats binnen eigen projecten. Afgelopen zomer wonnen we samen met Shell de aanbesteding van windpark Hollandse Kust Noord, voor de kust van Egmond. Behalve windmolens zullen we daar een proefopstelling bouwen met een drijvend zonnepark, accu-opslag en een elektrolyser. Zo kunnen we straks op zee groene waterstof maken.’

Eneco wil een voortrekkersrol spelen in de energietransitie. Bij grote projecten moet de wet- en regelgeving worden aangepast. Welke rol speelt Eneco daarbij?
‘Al onze activiteiten en investeringen komen voort uit het strategisch plan dat elke vijf jaar wordt vastgesteld. Afgelopen najaar deden we dat voor het eerst samen met onze twee nieuwe Japanse aandeelhouders Mitsubishi en Chubu. Als er voor bepaalde activiteiten nieuwe wet- en regelgeving nodig is, dan werken we met partners aan een nieuw regulatorisch kader waarmee we uit de voeten kunnen. De komende jaren zal er bijvoorbeeld een duurzaam alternatief moeten komen wanneer de bebouwde omgeving van het gas afgaat. Het ministerie van Economische Zaken en Klimaat werkt daarom aan een nieuwe Warmtewet. Dat is een belangrijk kader, voor Eneco liggen hier immers groeikansen.’

Welke partijen betrekt Eneco bij het initiëren van grootschalige projecten?
‘Het komt vaak neer op coalities bouwen. We bepalen vanuit onze strategie wat we willen realiseren, welke wet- en regelgeving relevant is en welk speelveld daarbij past. We zoeken partijen met dezelfde belangen. Vaak lopen de contacten via de eigen sector. Zoals Energie-Nederland, de branchevereniging voor energieproducenten, of NVDE, de Nederlandse Vereniging Duurzame Energie. Maar ook milieuorganisaties en andere grote bedrijven die duurzame koploper in hun eigen sector zijn.’

Hoe kijkt u aan tegen de energietransitie, bent u optimistisch?
‘Jazeker. Er zijn belangrijke stappen gezet, het proces is inmiddels onomkeerbaar omdat duurzame energie inmiddels veelal goedkoper is geworden dan fossiele energie. De productie van duurzame energie zal nog gigantisch toenemen, in Nederland vooral in de vorm van wind op zee, gezien de gunstige ligging aan de Noordzee. Op den duur zullen er nog enkel elektrische auto’s rondrijden.
De overheid zal voorlopig nog moeten bijspringen voor de transitie van de bebouwde omgeving. De politiek moet de hand reiken aan miljoenen huishoudens als hun woningen van het gas afgaan, om te borgen dat de omschakeling naar duurzaam woonlastenneutraal kan verlopen. Ook moet de overheid voorkomen dat de energietransitie leidt tot ongelijkheid in de samenleving. Het moet voor iedereen financieel mogelijk worden om duurzamer te leven.’

Uw duurzame aspiraties komen terug in uw nevenfuncties. Wat zijn uw ambities?
‘Als kind woonde ik aan de Nederlandse kust, ik heb dus iets met de zee. In de 19e eeuw was een flink deel van de bodem van de Noordzee begroeid met oesterbanken. Maar dat veranderde toen vissersschepen met hun netten over de bodem sleepten. Stichting De Noordzee, waarvan ik bestuurslid ben, wil de oesterbanken terugbrengen binnen de windparken. Omdat er tussen de turbines niet over de bodem mag worden gevist, kan het gebied transformeren tot kraamkamer voor onderwaternatuur. We kregen van de Postcodeloterij een flink bedrag terug in de vorm van een droomfonds om de juiste leefomgeving te creëren, zodat oesters en andere zeedieren terugkeren. Het is bijzonder hoe mijn werk bij Eneco en mijn inspanningen voor Stichting De Noordzee zo samenkomen. Als commissaris bij Vitens denk ik mee over een andere inrichting van de waterhuishouding. Momenteel voeren we regenwater zo snel mogelijk af naar zee, terwijl de drinkwatersector ’s zomers met extreme uitdroging kampt. We moeten manieren vinden om zoet water op te slaan voor die droge periodes.’ 

Dit essay is gepubliceerd in Management Scope 02 2021.

facebook